Bezinning over beloning
Mats Frijlink
wetenschappelijk medewerker bij het Centraal Planbureau
Misschien herinner je jouw eerste les economie op de middelbare school nog. Waarschijnlijk begon de docent met het tekenen van twee lijnen die elkaar kruisen: vraag en aanbod. Wanneer de prijs hoger is, daalt de vraag en stijgt het aanbod. Het is een simpel, visueel aantrekkelijk en intuïtief verhaal. Hoewel vraag, aanbod en prijzen belangrijke fundamenten zijn voor economische analyse, moeten we oppassen voor (te) snelle conclusies wanneer we nadenken over beleid.
In Groundhog Day maakt hoofdpersoon Bill Murray telkens opnieuw dezelfde dag mee. Op basis van zijn ervaringen past hij uiteindelijk zijn gedrag aan om tot een beter resultaat te komen. Zo gaat dat ook in de wetenschap. Een nieuw, genuanceerder model in samenwerking met de empirie (wat er in de echte wereld gebeurt) kan nieuwe inzichten opleveren. Een mooi voorbeeld hiervan is de kijk die we als economen hebben op lonen, ook wel de prijs van arbeid genoemd.
Lonen in de zorg
In Zicht op Zorgbanen kijken mijn collega’s en ik naar de gezondheidszorg als werkgever in Nederland. Wat beweegt iemand om de zorg te verlaten? Misschien gaat je eerste gedachte uit naar lonen, het aanbod van arbeid is immers lager bij te lage beloning. Maar, de lonen in de zorg zijn de afgelopen 15 jaar sterker gegroeid dan de rest van de economie. Mogelijk draagt dat bij aan onze bevinding dat (ontevredenheid met) een relatief laag uurloon geen doorslaggevende reden was voor vertrek uit de zorg. Het zijn vooral mensen met een gebrek aan loopbaanperspectief, werkplezier of binding met de organisatie die de zorg verlaten. De belangrijkste omstandigheden waren in dit geval niet makkelijk op te maken uit het Econ101-handboek. Dat is zeker geen uitzondering op de regel. Het CPB volgt de ontwikkelingen in de wetenschap en publiceerde in het verleden vaker een andere kijk op lonen dan het brede publiek misschien verwacht.
Leren over lonen
Econ101 leert ons dat een stijging van het minimumloon zal leiden tot een hogere werkloosheid: de prijs van arbeid stijgt, en daarmee ook het aanbod, maar de vraag neemt af. In het kader van Kansrijk Arbeidsmarktbeleid is het effect van het minimumloon opnieuw tegen het licht gehouden. Wat blijkt? Nieuwe inzichten in de literatuur leren dat het negatieve effect van minimumloon op werkgelegenheid veel kleiner is dan gedacht, en zelfs nul is als er geen koppeling is met uitkeringen (CPB, 2020). Kort daarna is de verhoging van het minimumjeugdloon in Nederland tussen 2017 en 2019 onderzocht. Ook daaruit blijkt dat het gemiddelde inkomen stijgt zonder verlies van banen (Bezooijen et al., 2021). Kortom, we hoeven minder pessimistisch te zijn over de effecten van hogere minimumlonen.
Een ander voorbeeld is beleid dat sleutelt aan de belasting die je betaalt over jouw loon. Een snelle Econ101-analyse leert dat het verlagen van deze belasting leidt tot een groter aanbod. Het is dus niet gek dat men denkt dat lagere loonbelasting mensen kan activeren die op dit moment niet of minder werken. Toch is ook dat te kort door de bocht. In Nederland is de rek er grotendeels uit wat betreft ‘fiscaal stimuleren’ (Jongen et al. 2015). In 2015 was er één groep waar nog ruimte was: de minstverdienende partner in een gezin met jonge kinderen. Inmiddels is de belasting voor die groep verder verlaagd, en is het dus de vraag hoeveel extra stimulansen nog zullen opleveren (Jongen, 2022). Bovendien is het in ons complexe belastingstelsel voor de gemiddelde persoon onduidelijk wat er na alle plussen en minnen onderaan de streep over blijft. In dat geval verwacht je ook weinig gedragsverandering.
Groundhog Day
De boodschap van mijn docenten is me inmiddels duidelijk: vaar niet blind op vraag en aanbod in een perfecte markt, maar houd rekening met de (imperfecte) omstandigheden van de markt waaraan je sleutelt.
De wekker gaat, ik sta op. Even later stap ik het klaslokaal in, pak mijn schrift, de docent begint: “Sla jullie Econ101- handboek open op hoofdstuk 5.59. Vandaag gaan we het hebben over vraag en aanbod op de arbeidsmarkt…”. Maar mevrouw, hoe rijmt u dat met de recente publicaties van het CPB?
Referenties
Bezooijen et al. 2021 - Discussion Paper 422 'The Young Bunch: Youth Minimum Wages and Labor Market Outcomes' | CPB.nl
CPB 2020 - Kansrijk Arbeidsmarktbeleid update minimumloonbeleid 2020 | CPB.nl
Jongen 2022 - CPB COLUMN - Marginale drukte | CPB.nl
Jongen et al. 2015 - De effectiviteit van fiscaal participatiebeleid | CPB.nl
Scheer et al. 2025 - Zicht op zorgbanen | CPB.nl
- meer over Mats
alle columns en artikelen
Mats Frijlink
wetenschappelijk medewerker bij het Centraal Planbureau
- meer over Mats
Recente CPB columns
- Werk in uitvoering: hoe fietspaden Nederland vormgeven - Tijl Hendrich
- Gezondheid: de moeilijkste makkelijke keuze - Elena Nixdorf
- Steun aan basisindustrie mist onderbouwing - Pieter Hasekamp
alle columns en artikelen