5 maart 2007

Zal consolidatie van vennootschapsbelasting de efficientie in de EU verbeteren?

Europese vennootschapsbelasting: voordelen het grootst bij verplichte deelname en gelijke tarieven

Persbericht
Eén Europese aangifte voor de vennootschapsbelasting (Vpb) vermindert de administratieve lasten van bedrijven die in meerdere EU-lidstaten actief zijn en maakt grensoverschrijdende verliesverrekening mogelijk.

Tegenover deze voordelen voor multinationals staan nadelen voor binnenlandse bedrijven, die relatief terrein verliezen aan de multinationals, en voor de nationale overheden, die hun belastingopbrengst zien dalen. Deze nadelen komen mede voort uit de grote verschillen in Vpb-tarieven die op dit moment bestaan tussen de EU-lidstaten.
Wanneer een verplichte Europese aangifte zou worden ingevoerd samen met gelijke tarieven voor alle bedrijven, dan is een welvaartswinst mogelijk van 0,15% van het bruto binnenlands product (BBP) van de EU; voor Nederland kan het voordeel oplopen tot 0,35%. Introductie van een dergelijk uniform stelsel gaat wel ten koste van de beleidsvrijheid van lidstaten om zelf hun belastingen te bepalen.

Dit concludeert het Centraal Planbureau (CPB) in de vandaag verschenen studie Will corporate tax consolidation improve efficiency in the EU?Het CPB heeft de langetermijneffecten onderzocht van de voorstellen van de Europese Commissie voor consolidatie van de vennootschapsbelasting.

Consolidatie houdt in dat multinationals, d.w.z. alle vennootschappen die in twee of meer lidstaten gevestigd zijn, maar één belastingaangifte hoeven te doen voor al hun vestigingen in de Europese Unie. In de voorstellen van de Europese Commissie wordt de heffingsgrondslag, de belastbare winst minus verrekenbare verliezen, berekend over alle in de EU behaalde winsten en verliezen. In een aantal van deze voorstellen behouden lidstaten wel het recht om hun eigen tarief te hanteren over hun deel van de geconsolideerde grondslag.

Voordelen van consolidatie: o.a. minder administratieve lasten
Tot nu toe moeten multinationals hun vennootschapsbelasting afdragen volgens de regels van elk land waarin ze actief zijn. De administratieve lasten die hiermee gepaard gaan, worden door de Europese Commissie geschat op gemiddeld 2% van de belastingafdracht voor grote bedrijven en 30% voor het midden- en kleinbedrijf. Een deel van deze kosten kan worden uitgespaard door consolidatie van de Vpb. Vooral bedrijven die in meerdere lidstaten actief zijn, zullen profiteren van deze vereenvoudiging van het belastingstelsel.

De voordelen van consolidatie kunnen oplopen tot 0,1% BBP (25 euro per EU-inwoner) als alle bedrijven verplicht overstappen op de gemeenschappelijke grondslag. Deze voordelen bestaan uit een vermindering van de administratieve lasten en een vermindering van de verstorende effecten van de vennootschapsbelasting.

Voorstel Europese Commissie: vrije stelselkeuze
De baten van consolidatie zullen slechts beperkt gerealiseerd worden in de voorstellen van de Europese Commissie die uitgaan van vrijwillige deelname. Bij vrijwillige keuze tussen het Europese en het nationale stelsel zullen bedrijven het stelsel kiezen dat hun het meeste voordeel oplevert. Vanuit de multinationals gezien is dit gunstig. Zij kunnen het stelsel kiezen dat voor hen fiscaal het meest aantrekkelijk is.

Als gekeken wordt naar de totale maatschappelijke kosten en baten, heeft deze keuzevrijheid echter een aantal nadelen. Ten eerste vermindert hierdoor de belastingopbrengst voor alle lidstaten tezamen sterk. Ten tweede kan dit zorgen voor ongelijke concurrentie, als bedrijven niet dezelfde keuze kunnen maken. Dit kan gebeuren als multinationals wel over kunnen stappen op het Europese stelsel, maar binnenlandse bedrijven die mogelijkheid niet krijgen. Ongelijke concurrentie kan ook ontstaan als de voorstellen zodanig op internationaal opererende bedrijven geënt zijn, dat het voor binnenlandse bedrijven niet loont om over te stappen. De nadelige gevolgen van de ongelijke concurrentie kunnen oplopen tot 0,1% BBP, waarmee de potentiële voordelen van consolidatie ongedaan gemaakt worden.

Vóór vrijwillige deelname pleit daarentegen dat multinationals de voordelen van een gemeenschappelijke grondslag kunnen benutten, zonder dat binnenlandse bedrijven geconfronteerd worden met een grote belastingverandering.

Verstorende effecten van verschillen in Vpb-heffing
Invoering van de Europese aangifte kan ook een uit welvaartsoogpunt ongewenste invloed hebben op de vestigingsplaatskeuze, vanwege de verschillen in Vpb-tarieven tussen de lidstaten. Bij gelijke tarieven zullen multinationals kiezen voor het land waar zij het hoogste rendement kunnen behalen (voor belastingheffing); zij zullen dan in totaal een hoger productieniveau kunnen bereiken. Bij verschillen in tarieven laten multinationals de vestiging van hun filialen echter mede bepalen door de verschillen in de vennootschapsbelasting tussen de lidstaten; zij kijken dan naar het rendement na belastingheffing. Dit nadeel van suboptimale verdeling van activiteiten over landen kan verminderen wanneer de Vpb-tarieven binnen Europa worden gelijkgetrokken.

Verdeelsleutel en vestigingslocatie
De Europese Commissie streeft daarom naar consolidatie met behoud van het recht voor lidstaten om hun eigen Vpb-tarief te bepalen. Dit vraagt om een sleutel waarmee de samengevoegde grondslag van elke multinational verdeeld wordt over de lidstaten. Deze verdeelsleutel zal gebaseerd zijn op de relatieve omvang van het bedrijf in elke lidstaat, gemeten aan de werkgelegenheid, de productie of de omzet van een multinational in elk land. Afhankelijk van welke verdeelsleutel de EU kiest, kunnen bedrijven hun belastingaanslag beïnvloeden door productie of verkopen te verplaatsen naar landen met lagere belastingtarieven. De kosten van deze inefficiënte verplaatsing van activiteit om louter fiscale redenen kunnen oplopen tot ruim 0,05% BBP en samen met de vrije stelselkeuze zelfs leiden tot een welvaartsverlies.

De verstorende effecten van verschillen in Vpb-heffing kunnen op twee manieren worden ondervangen. Allereerst door de keuze van de verdeelsleutel, zodanig dat mogelijkheden voor beïnvloeding van de verdeling van het belastbaar winstinkomen over de lidstaten zo klein mogelijk zijn. Vanuit dit gezichtspunt is het nog beter om de problemen bij de bron aan te pakken, namelijk door het verminderen van de grote ongelijkheid in belastingtarieven tussen de lidstaten. Berekeningen laten zien dat volledige harmonisatie van de tarieven kan zorgen voor een extra welvaartswinst van ongeveer 0,05% BBP. Consolidatie met verplichte deelname van alle bedrijven kan samen met deze tariefsharmonisatie zorgen voor een welvaartswinst van circa 0,15% BBP.

Gevolgen voor Nederland
Wat betekent consolidatie voor de Nederlandse economie? Allereerst profiteren multinationals van de voordelen: hun winsten zullen met ruim 10% toenemen, door de lagere administratieve lasten en door de overgang op de smallere Europese belastinggrondslag (door de keuze voor een gunstig afschrijvingsregime, wat het bedrag waarover bedrijven Vpb moeten betalen, vermindert). Het voorstel dat gericht is op multinationals, benadeelt echter binnenlandse bedrijven: hun winsten dalen met ruim 10%, vanwege de sterkere concurrentie van multinationals. De Nederlandse overheid ziet de Vpb-opbrengsten dalen met 0,45% BBP (ruim 2 mld euro), vooral door de winstdaling van binnenlandse bedrijven. Deze lagere Vpb-opbrengst is echter een weerspiegeling van een lastenverlichting voor bedrijven, waardoor de investeringen met 1,7% en het BBP met 0,3% kunnen toenemen. Nederland hoort hiermee tot de winnaars van consolidatie, net als andere lidstaten met veel directe buitenlandse investeringen, zoals Ierland en België.

Lees ook het bijbehorende persbericht.

We laten zien dat de voordelen van consolidatie teniet gedaan worden door twee tekortkomingen in de voorstellen voor een gemeenschappelijke geconsolideerde belastinggrondslag. De verdeelsleutel, die nodig is om de samengevoegde grondslag te verdelen over de lidstaten, introduceert de mogelijkheden voor multinationals om hun Vpb-belastingen te minimaliseren via verplaatsing van productie of verkopen naar lidstaten met lage belastingtarieven. Lidstaten kunnen hierop inspelen door tariefsverlagingen, zodat de trend tot belastingconcurrentie versterkt wordt door consolidatie van de grondslag. De tweede verstoring is ongelijke concurrentie tussen multinationals en binnenlandse bedrijven, die mogelijk uitgesloten worden van de grondslaghervorming. De voordelen van consolidatie kunnen volledig worden benut als alle bedrijven overgaan op de gemeenschappelijke grondslag en als de belastingtarieven geharmoniseerd worden.

Dit is een Engelstalige publicatie.

Downloads

Auteurs

Albert van der Horst
Hugo Rojas-Romagosa

Lees meer over