De invloed van klimaatonzekerheid op de risicovrije rente
De discontovoet van een investering is gelijk aan de som van de risicovrije rente en een risicopremie. Een lagere risicovrije rente betekent nu dat de discontovoet daalt, waardoor toekomstige baten een hogere contante waarde hebben en dus sterker meetellen in een kosten-batenanalyse. In de afgelopen tien tot vijftien jaar zijn er in de literatuur verschillende argumenten naar voren gebracht waarom de risicovrije rente over de tijd zou moeten dalen. Een van deze argumenten is dat onzekerheid over klimaatverandering de risicovrije rente zelf ook onzeker maakt. Vervolgens zou de onzekerheid over de risicovrije rente ertoe leiden dat de (risicovrije) langetermijnrente daalt in de tijd en over honderd jaar (veel) lager is dan vandaag. Deze langetermijnrente wordt in de literatuur ook wel de social discount rate genoemd.
Op basis van een stochastisch model laten wij zien dat onzekerheid over klimaatverandering inderdaad tot een onzekere en een in de tijd dalende langetermijnrente leidt. Deze daling treedt echter pas op na 2100, ook bij extreme klimaatschade. Deze conclusie is een direct gevolg van de traagheid van het klimaatsysteem. Klimaatverandering kost tijd en zal pas na 2100 tot grote economische problemen leiden. Na 2100 daalt de langetermijnrente wel significant en wordt in veel gevallen ergens tussen 2100 en 2200 zelfs negatief.
Daarmee heeft klimaatverandering dus alleen een effect op kosten-batenanalyses als projecten gepaard gaan met substantiële baten na 2100. Omdat voor veel projecten geldt dat ze geen baten hebben na 2100, verandert er voor deze projecten niets. Een mogelijke uitzondering hierop zijn die projecten die leiden tot een daling van de CO2-uitstoot. Voor deze projecten geldt dat de baten verbonden aan de daling van de CO2-uitstoot een (veel) hogere contante waarde kunnen krijgen.