Centraal Economisch Plan (CEP) 2003
Marktsector groeit dit jaar nauwelijks, in 2004 voorzichtig herstel in meeste bedrijfstakken
Dit is vooral te danken aan de oplevende export van goederen en diensten.
De binnenslands geproduceerde goederenuitvoer blijft in 2003 nog onder druk staan vanwege de scherpe concurrentie van buitenlandse aanbieders op de belangrijkste afzetmarkten. Met name voor de metalektro-industrie is het beeld om die reden ook dit jaar nog tamelijk somber. De grootste groei komt dit jaar van de energiesector, de communicatiebedrijven en de chemie.
In de raming voor volgend jaar trekt de productiegroei van de marktsector verder aan tot 2,5%. De markt kan dan zijn rol als motor voor de Nederlandse economie weer op zich nemen. Dit is het gevolg van een verdere opleving van de export en van toenemende binnenlandse consumptieve bestedingen. De verwachte opleving zal voor vrijwel alle bedrijfstakken een voortgaand groeiherstel inhouden.
Dit schrijft het Centraal Planbureau (CPB) in het vandaag verschenen Centraal Economisch Plan 2003 (CEP). Op 27 maart heeft het CPB al het eerste, samenvattende hoofdstuk van het CEP gepubliceerd, nog zonder bedrijfstakkenbeeld. Zie hiervoor het persbericht Centraal Economisch Plan 2003: Economisch herstel moeizaam en onzeker .
Tegelijk met het CEP publiceert het CPB vandaag op zijn website (www.cpb.nl) een aantal 'CEP's op maat' voor de volgende bedrijfstakken:
De geraamde ontwikkelingen in de diverse bedrijfstakken lopen nogal uiteen. Binnen de marktsector groeien de energiesector, de bouwnijverheid en de tertiaire diensten dit jaar meer dan gemiddeld. De energiesector zal na twee warme winters kunnen profiteren van de veronderstelde terugkeer naar normale, lagere temperaturen, de bouwnijverheid van een toename van de overheidsinvesteringen in de grond-, weg en waterbouw en de zakelijke dienstverlening van het conjuncturele herstel. De vooruitzichten voor volgend jaar zijn voor de meeste sectoren gunstiger, maar relatief somber voor de bouwnijverheid.
Industrie
Voor de industrie wordt voor dit jaar slechts een zeer beperkte productiegroei voorzien van 0,25%. Wel verbetert de situatie in vergelijking met het afgelopen jaar, waarin de productie met 1,9% afnam. Pas volgend jaar zal naar verwachting een substantiële groei (2%) van het productievolume volgen.
Het verwachte groeiherstel van de wereldhandel brengt dit jaar nog geen productiegroei voor de Nederlandse metalektro-industrie. Daarvoor zijn twee redenen. Ten eerste zal de metalektro-industrie ook dit jaar nog marktaandeel verliezen, omdat Nederlandse producenten de daling van de prijzen van buitenlandse concurrenten niet volledig zullen kunnen volgen. De relatief hoge arbeidskosten per eenheid product belemmeren dat. Deze zullen ook dit jaar nog stijgen, zij het minder dan in vorige jaren. Ten tweede zal de verplaatsing van Nederlandse productiecapaciteit naar lage-lonen-landen zich waarschijnlijk voortzetten. Voor volgend jaar wordt wel een duidelijke productiegroei van de metalektro-sector verwacht. Deze wordt gedragen door exportgroei als gevolg van de stijgende wereldhandel. Bovendien vermindert, mede door de voor volgend jaar voorziene loonmatiging, de druk van prijsconcurrentie. De winstmarges zullen zich daardoor ook enigszins kunnen herstellen. Dit jaar en volgend jaar daalt de werkgelegenheid in de metalektro echter sterk, namelijk met 21 duizend voltijdbanen.
De vooruitzichten voor de chemie zijn erg onzeker door de internationale politieke spanningen. Als de oorlog in Irak, zoals het zich nu laat aanzien, van korte duur zal blijken, kan het omzetvolume van chemische en kunststofproducten ook in dit jaar doorgroeien. De groei wordt gestuwd door capaciteitsuitbreidingen en het in gebruik nemen van nieuwe, grootschalige productie-eenheden bij onder andere Dow en Lyondell. De afzetprijzen en winsten blijven onder druk staan vanwege een dure euro en hoge loonkosten. Volgend jaar zal de omzet in de chemie verder aantrekken door het economisch herstel en de groeiende buitenlandse vraag. Personeelsreducties en loonmatiging zullen de concurrentiepositie van de Nederlandse chemie dan verder versterken. Deze kostenbesparingen dragen ook bij aan het winstherstel.
Dit jaar en volgend jaar zullen bescheiden groeicijfers ook het kenmerk zijn van de bedrijven die tot de voedingsmiddelenindustrie worden gerekend. Enerzijds zal de stagnatie in de dierlijke landbouw haar stempel blijven drukken op de zuivel-, vlees- en veevoerbranches. Verderop in dit persbericht wordt ingegaan op de oorzaken van deze stagnatie in de agrarische sector. Anderzijds bemoeilijken marktverzadiging en geringe inkomensgroei in de belangrijkste afzetlanden expansie van de bedrijven die geen last hebben van de perikelen in de binnenlandse landbouw. Bovendien zal de bedrijfstak negatieve gevolgen ondervinden van de vogelpest. Daarnaast zal de dure euro een drukkend effect op de uitvoer uitoefenen, vooral op die van de drankensector.
De ontwikkelingen in de overige industrie worden voor een belangrijk deel bepaald door de conjunctuur. Voor de meeste branches wordt pas volgend jaar groeiherstel verwacht. De grafische industrie heeft daarnaast te kampen met structurele problemen zoals de daling van dagbladoplagen en het advertentievolume, en met de overgang van "papieren" naar elektronische producten. De textielindustrie en de meubelproducenten worden gehinderd door toenemende internationale concurrentie op de binnenlandse markt. Hierdoor blijft de afzet van Nederlandse producenten in Nederland achter bij die van buitenlandse bedrijven.
ICT
Het gaat op dit moment niet goed met de ICT-sector. Nadat vorig jaar de productie verminderde, neemt de omzet dit jaar nauwelijks toe. Voor volgend jaar zijn de verwachtingen voor de ICT-sector positiever. Met een volumegroei van ruim 4% ligt de groeiprojectie dan weer ruim boven die van de rest van de marktsector. Dit herstel is vooral te danken aan het sterk aantrekken van de productiegroei in de ICT-industrie. De ICT-industrie had meer te lijden van de groeivertragingen sinds 2000 in de ICT-sector dan de ICT-diensten.
Bouwnijverheid
Dit jaar zal de bouwproductie zich weer enigszins herstellen, nadat vorig jaar de bedrijvigheid in de bouwnijverheid voor het eerst afnam na een periode van zes jaar van forse jaarlijkse productiestijgingen. Het voor dit jaar verwachte herstel is voornamelijk het gevolg van de sterke toename van overheidsuitgaven aan GWW-werken (grond-, weg- en waterbouw). De investeringen in bedrijfsgebouwen zullen afnemen in reactie op de toename van de leegstand en de verslechterde economische situatie. De hierdoor vrijkomende capaciteit zal gedeeltelijk gebruikt worden om de productie van nieuwbouwwoningen te verhogen. Per saldo neemt de productie in de burgerlijke en utiliteitsbouw echter nauwelijks toe.
Het herstel van dit jaar zal volgend jaar grotendeels verloren gaan door het aflopen van een aantal grote projecten in de GWW-sector. Ook in de burgerlijke en utiliteitsbouw daalt de productie. De toename van de woningbouwproductie is fors, maar net niet voldoende om de sterke afname van de investeringen in bedrijfsgebouwen te compenseren.
De toename van de winstgevendheid in de bouwnijverheid zet door, hoewel deze in vergelijking met eerdere jaren beperkt van omvang is. De afname van het aantal werknemers is grotendeels verantwoordelijk voor de verbetering van de winstgevendheid.
Tertiaire diensten
Het aarzelende karakter van het voor dit jaar verwachte economisch herstel weerspiegelt zich ook in een geringe stijging van het productievolume van de tertiaire dienstverlening (0,5%). Voor 2004 wordt een substantiëlere stijging geraamd, van 2,5%.
Verwacht wordt dat de horeca-afzet in volume-termen zich dit jaar en volgend jaar weer enigszins zal herstellen, vooral door de meer gematigde prijsstijgingen in 2003. Zolang de internationale spanningen aanhouden, zullen toeristen van andere continenten een bezoek aan Europa voorlopig nog uitstellen. Voor de duurdere hotels is het wegblijven van met name Amerikanen een tegenvaller. Op diensten van de andere onderdelen van de niet-zakelijke commerciële dienstverlening (zoals de recreatiesector en de overige dienstverlening van bijvoorbeeld kappers) zal de consument niet zo snel geneigd zijn te bezuinigen. Ook voor deze branches wordt voor dit en volgend jaar uitgegaan van een geringe afzetgroei.
Voor de uitzendbranche was vorig jaar, net als 2001, teleurstellend. De krapte op de arbeidsmarkt trof de uitzendbranche feitelijk dubbel. Enerzijds was er minder aanbod van uitzendkrachten vanwege de concurrentie van vacatures met een vast dienstverband. Anderzijds hielden bedrijven personeel langer vast dan op basis van een efficiënte bedrijfsvoering verwacht mocht worden, om maar verzekerd te zijn van geschikte arbeidskrachten voor het geval de economie weer zou aantrekken. Deze arbeidsbuffer zorgt ervoor dat bedrijven bij conjunctuurherstel in eerste instantie kunnen volstaan met hun eigen personeel en minder snel een beroep hoeven doen op uitzendbureau=s. Nu intussen een flinke arbeidsuitstoot plaats heeft, zal naar verwachting eind dit jaar, begin volgend jaar de vraag naar uitzendwerk weer aantrekken. Knelpunten bij het aanbod van uitzendkrachten zullen zich in veel mindere mate voordoen dan in de afgelopen jaren vanwege de stijging van het aantal werkzoekenden. Voor detachering, waarbij het gaat om uitzendwerk voor langere tijd, wordt pas in de loop van 2004 herstel voorzien.
De groei van het datacommunicatie-verkeer zal dit jaar en volgend jaar vermoedelijk bepalend zijn voor een voortzetting van de groei in de telecommunicatiesector. Enerzijds zorgt de verdere toename van het aantal breedbandige aansluitingen (ADSL, kabel) voor een groter volume internetverkeer over het vaste netwerk. Anderzijds zal een verdere opkomst van het mobiele dataverkeer tot een continuering van de groei leiden in de markt voor mobiele communicatie.
De marktgroei voor zakelijke diensten zal dit jaar naar verwachting de groei van de totale marktsector weer te boven gaan. Outsourcing zal opnieuw kunnen bijdragen aan de marktgroei. Ook activiteiten die gericht zijn op a) de beveiliging van het betalingsverkeer via Internet, b) het toepassen van nieuwe jaarverslagrichtlijnen, en c) kostenbesparing en innovatie zullen sterk kunnen bijdragen aan de groei.
Land- en tuinbouw
De groeiverwachtingen voor de land- en tuinbouw weerspiegelen de problematische externe omstandigheden waarmee de agrarische sector te maken heeft. Milieumaatregelen, quotumregelingen, maatregelen op het gebied van de ruimtelijke ordening en verzadigingsverschijnselen op de belangrijkste afzetmarkten (inclusief de Nederlandse) zijn er de oorzaak van dat het volume van de bruto productie nauwelijks zal groeien: stagnatie. De processen van schaalvergroting zullen daarentegen onverminderd doorgaan.
De op 1 maart uitgebroken vogelpest is een onzekere factor in de ramingen. Wel kan worden opgemerkt dat de macro-economische betekenis van de kippensector, inclusief de toeleverende en verwerkende sectoren, met 0,35 % van het BBP, betrekkelijk bescheiden is. In termen van werkgelegenheid gaat het in totaal om iets minder dan 25 000 arbeidsplaatsen. Deze getallen geven de bovengrens aan van de mogelijke schade. Blijft de uitbraak beperkt tot de huidige gebieden en tot enige maanden, dan zal de macro-economische schade enige honderdsten van een procent van het BBP bedragen.
Lees ook de bijbehorende persberichten Centraal Economisch Plan 2003: economisch herstel moeizaam en onzeker en
Marktsector groeit dit jaar nauwelijks, in 2004 voorzichtig herstel in meeste bedrijfstakken en de Economierapportage maart 2003.
In deze publicatie worden de economische vooruitzichten voor het lopende en het komende jaar gepresenteerd.