Buitengewone maatregelen: de rol van schuldenniveaus in budgettaire beleidsreacties op Covid-19
Data IMF
Uit eerder verschenen data van het IMF bleek al dat landen die voor de coronapandemie hoge schulden hadden, vaak meer financiële steun gaven dan landen met lagere schulden. Ter illustratie: Griekenland, dat een staatschuld heeft ter grootte van 181% van het bbp, gaf coronasteun ter grootte van 18% van hun bbp. De gemiddelde staatsteun lag bij de onderzochte landen op 11% van het bbp. Nederland gaf 10% van het bbp aan coronasteun.
Het omgekeerde gold ook. Landen met een lage staatsschuld ten opzichte van hun bbp, zoals Zweden en Denemarken, gaven vaak ook minder financiële steun tijdens corona.
Mogelijke verklaringen
Naar een verklaring voor het feit dat landen met een hoge schuld meer coronasteun gaven, is niet expliciet onderzoek gedaan. Een mogelijk verklaring is dat centrale banken de rente laag hebben gehouden, waardoor de rentekosten van schuldfinanciering relatief laag bleven. Een andere mogelijke verklaring zijn Europese beleidsprogramma’s die onder meer als doel hadden dat landen met hoge schulden geen steunbeperkingen zouden ervaren tijdens de crisis.