Goede voornemens
Pieter Hasekamp
directeur bij het Centraal PlanbureauOok organisaties doen aan goede voornemens – die ze dan meestal “jaarplan” of “werkplan” noemen. Dat van het CPB is op 17 december vastgesteld en is hier te vinden. Het mechanisme is hetzelfde: door de plannen voor komend jaar te benoemen, vergroten we de kans dat we ze ook echt realiseren. Al weten we ook in dit geval dat er altijd wat tussen kan komen: geen nieuwjaarsborrel misschien, maar wel nieuwe vragen vanuit maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Vorig jaar leidde de coronapandemie tot forse aanpassingen in het werkplan van het CPB (en van heel veel andere organisaties).
Wat zijn dit jaar de goede voornemens van het CPB? Te veel om op te noemen in het bestek van een column als deze. Maar ik wil toch graag drie zaken onder de aandacht brengen.
Ten eerste, doorrekeningen van beleid. Economische ramingen en beleidsdoorrekeningen vormen al sinds de tijd van Tinbergen het bestaansrecht van het CPB. Voor dit jaar staat er veel op stapel. Om te beginnen de doorrekening van verkiezingsprogramma’s, Keuzes in Kaart, waar ik in een eerdere column al aandacht aan heb besteed. Daarmee houdt het niet op. Het is gebruikelijk dat het CPB ook wordt gevraagd om plannen uit het regeerakkoord – en uiteindelijk het hele akkoord – door te rekenen.
De laatste jaren zien we bovendien dat het CPB steeds vaker wordt gevraagd om berekeningen van anderen – denk aan de belastingramingen van het ministerie van Financiën, denk ook aan de vele plannen die door departementen worden gemaakt voor nieuwe ombuigingen of beleidsintensiveringen – van een certificering of second opinion te voorzien. En ook politieke partijen weten steeds vaker de digitale weg naar het Bezuidenhout te vinden om hun alternatieve beleidsplannen door te laten rekenen. Dat is eervol en waardevol, maar ook eindig: waar het vroeger meestal om één tegenbegroting per jaar ging, kloppen Kamerfracties – en dat zijn er nogal wat inmiddels – nu veel vaker aan om bijvoorbeeld een alternatief voor het toeslagenstelsel of het effect van het verhogen van het minimumloon te laten doorrekenen. We zullen in de toekomst vaker “nee” moeten verkopen. En om het goede voorbeeld te geven schrappen we met ingang van dit jaar één van onze vier ramingspublicaties, de decemberraming.
Ten tweede, nieuwe indicatoren voor houdbare overheidsfinanciën. De Studiegroep Begrotingsruimte heeft geadviseerd om de komende kabinetsperiode per saldo niet extra te bezuinigen, maar ook niet te intensiveren, ten opzichte van het pad voor de overheidsfinanciën uit de middellangetermijnverkenning van het CPB. Dat is een pragmatische keuze: we weten niet goed hoe de economische ontwikkeling gaat zijn, en het is altijd verstandig om de automatische stabilisatoren op de begroting te laten werken. Maar de Studiegroep constateert ook dat er behoefte is aan nieuwe begrotingsankers voor de langere termijn. De EMU-normen (3% tekort, 60% schuldquote, en vooral de hele santenkraam daaromheen) zijn achterhaald en onbegrijpelijk – voor de duidelijkheid, dat zijn mijn woorden, niet die van de Studiegroep. En het intergenerationele houdbaarheidsbegrip, in het verleden door het CPB ontwikkeld, is aan revisie toe. Wij gaan daar dit jaar mee aan de slag.
Daarnaast wijst de Studiegroep op het belang van het opnemen van indicatoren voor brede welvaart (denk naast economische groei en werkgelegenheid ook aan bijvoorbeeld menselijk kapitaal, ongelijkheid en leefbaarheid) in de begrotingscyclus. Het CPB zal hiervoor dit jaar, in nauwe samenwerking met de andere planbureaus, een plan van aanpak ontwikkelen.
Ten derde, herstelbeleid na de crisis. De coronacrisis heeft een aantal kwetsbaarheden van de Nederlandse economie nogmaals blootgelegd: trage productiviteitsontwikkeling, tweedeling op de arbeidsmarkt, kansenongelijkheid in het onderwijs. Daarnaast staat Nederland voor grote uitdagingen op terreinen als de energietransitie, wonen en ruimtelijke ordening. In ons onderzoeksprogramma besteden we aandacht aan al deze thema’s om economische inzichten te ontwikkelen die de politiek kunnen helpen om de keuzes te maken die Nederland na de crisis vooruit helpen – opnieuw, vanuit het perspectief van brede welvaart. In dit kader zal het CPB ook als onafhankelijk expert de voorstellen ten behoeve van het Nationaal Groeifonds beoordelen.
Er is natuurlijk nog veel meer. Maar ja, er zijn ook nog veel meer columns te schrijven. Ook dat valt onder de goede voornemens voor komend jaar. Net als weer uit huis gaan, mensen ontmoeten, reizen, voetballen, uit eten, naar de kroeg of het terras, naar het theater, festivals… Kortom, op naar de nieuwe Summer of Love.
Pieter Hasekamp
- meer over Pieter
alle columns en artikelen
Recente CPB columns
- Geluk is niet maakbaar, maar gelijke kansen helpen - Pieter Hasekamp
- De les van de oliebollentest - Marielle Non
- Van wie is de ruimte? - Jeroen Hinloopen
alle columns en artikelen