tOETs; ex ante evaluatie van de vijfde nota ruimtelijke ordening
Planbureaus beoordelen voorstellen Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening
Bij de uitwerking moet wel rekening gehouden worden met de samenhang binnen de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), omgevingsinvloeden en (inter)nationaal belangrijke landschappen.
Voorts wil de Vijfde Nota rode contouren trekken rond het huidige stedelijk gebied plus het gebied voor uitbreidingen tot 2015. De meerwaarde van het vaststellen van deze uiterste bebouwingsgrenzen is op dit moment nog onduidelijk en zal mede afhangen van de nog te ontwikkelen visie op de ‘balansgebieden’, dat wil zeggen de gebieden buiten de contouren. In de voorstellen maken de balansgebieden zestig procent van het Nederlands grondgebied uit.
Het in de Vijfde Nota gehanteerde planologische concept van stedelijke netwerken heeft slechts van beperkte betekenis voor het goed laten functioneren van woningmarkt, arbeidsmarkt en ‘verplaatsingsmarkt’. Belangrijke coördinatievraagstukken liggen op het terrein van stadsgewest of kaderwetgebied.
De Vijfde Nota wil wateroverlast en overstromingsrisico’s aanpakken met ruimtelijke maatregelen. Het is zaak om naast ruimte voor water ook de mogelijkheden van andere instrumenten te benutten. Door per stroomgebied de optimale combinatie van ruimtelijke en/of technische maatregelen in te zetten, kan een hoger maatschappelijk rendement worden verkregen.
Dit zijn enige conclusies die de vier samenwerkende planbureaus trekken in een globale evaluatie van de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening. Op verzoek van de Minister van VROM hebben het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), het Natuur- en Milieuplanbureau van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), het Ruimtelijk Planbureau in oprichting vanuit de Rijksplanologische Dienst (RPD) en het Centraal Planbureau (CPB) het zogeheten tOETs-rapport opgesteld. Ook de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) en het Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling (RIZA) hebben bijgedragen aan het rapport.
Het tOETs-rapport is woensdag 18 april verstuurd naar de betrokken ministers en naar de vaste Kamercommissie voor VROM. Maandag 23 april debatteert de Tweede Kamer over de Vijfde Nota.
Enige andere aandachtspunten:
- In de ruimtelijke ordening moeten individuele wensen en collectieve wensen tegen elkaar worden afgewogen. Een optimale afweging tussen verschillende belangen, zoals de behoefte aan ruimte voor dynamiek versus de bescherming van natuurwaarden, komt niet vanzelf tot stand. Het contourenbeleid biedt nog geen oplossing voor coördinatieproblemen. Onder meer financiële prikkels kunnen coördinatie van besluitvorming bevorderen en ertoe bijdragen dat overheden een goede belangenafweging maken.
- De Vijfde Nota neemt de risico’s van grondspeculatie nog niet weg. Een ‘open ruimte-heffing’ zou een nuttig aanvullend instrument kunnen zijn om grondspeculatie tegen te gaan. Deze heffing roomt de financiële voordelen voor de grondeigenaren af bij bestemmingswijziging van landbouw naar stedelijke bebouwing. De opbrengst van een dergelijke heffing kan gebruikt worden om de nadelige effecten van het verloren gaan van open ruimte te compenseren.
- De Vijfde Nota delegeert taken en bevoegdheden aan andere overheden. Het is de vraag of een dergelijke taakverzwaring voor in het bijzonder provincies haalbaar is.
- De Vijfde Nota bevat een impuls voor investeringen in het openbaar vervoer tussen steden binnen stedelijke netwerken en tussen stedelijke netwerken onderling. De voorgestelde investeringen hebben op zichzelf weinig invloed op het autogebruik. Ook verwachten de planbureaus slechts een beperkt positief effect hiervan op de concurrentiepositie van Nederland.
- De Vijfde Nota introduceert de ‘watertoets’ als nieuw instrument om het aspect water bij het opstellen van ruimtelijke plannen evenwichtiger mee te nemen. Dit is in potentie een veelbelovend instrument.
- ‘Ruimte voor water’-projecten die wateroverlast en overstromingsrisico’s aanpakken, kosten veel ruimte. De Vijfde Nota ziet mogelijkheden voor een combinatie met andere functies. Hier gelden echter wel zekere restricties. Zo is het vrijwel onmogelijk om in de landschappelijk waardevolle veengebieden tegelijkertijd een beperking van bodemdaling, het tegengaan van wateroverlast en een rendabele landbouw te realiseren.
Contactpersonen
Lees ook het bijbehorende persbericht.
Een stuurgroep onder onafhankelijk voorzitterschap van Prof. dr. J.M. Cramer heeft de werkzaamheden van de gezamenlijke planbureaus begeleid. De planbureaus zijn hierbij ondersteund door adviezen van AVV en het RIZA. Dit heeft geresulteerd in een aantal tussenrapportages die zijn gebruikt bij het uitwerken en bespreken van deel 1 van de Vijfde Nota.