Second opinion op de Beoordeling programma Transitiealternatief Zuiderzeelijn
Kosten Zuiderzeelijn zijn hoog, baten laag
Het grootste deel van deze projecten bereikt het gestelde doel niet of nauwelijks, in ieder geval niet in de ingediende vorm.
Dit concludeert het CPB in de vandaag uitgebrachte uitgebrachte second opinions op twee onderzoeken van Ecorys. De projectorganisatie Zuiderzeelijn van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat had om die second opinions gevraagd. De eerste is een second opinion op de Kosten-batenanalyse openbaar vervoer-alternatieven Zuiderzeelijn. Dat is een analyse van verschillende spoorprojecten en van het plan voor een "Super Bus". De tweede is een second opinion op de Beoordeling programma Transitiealternatief Zuiderzeelijn. Dat is een beoordeling op hoofdlijnen van andersoortige projecten, zoals op het gebied van toerisme, landbouw, sensortechnologie, energievoorziening enzovoorts.
De Zuiderzeelijn heeft nauwelijks baten voor reizigers
De kosten-batenanalyse van Ecorys ziet er technisch gezien goed uit: de geëigende methodieken zijn correct toegepast. De uitkomsten van de analyse zijn negatief. Voor alle onderzochte varianten geldt dat de geraamde kosten ongeveer de helft hoger zijn dan in 2000. Het gaat nu om bedragen die variëren van 4 mld euro voor de "Super Bus" tot 9 mld euro voor de magneet zweefbaan. De baten voor reizigers zijn laag. Dat is niet verwonderlijk omdat dagelijks slechts 29 000 mensen vanuit de drie noordelijke provincies naar de Randstad reizen of andersom. Zij kunnen al kiezen uit vijf routes, de A7, de A6, de A28, de Veluwelijn en, over niet al te lange tijd, de Hanzelijn. Toevoeging van een zesde route, hoe snel die nieuwe verbinding ook is, kan weinig effect sorteren. Een nieuwe lijn vereist wel de inzet van extra materieel en personeel. Voor sommige varianten zijn daarom de directe baten zelfs negatief.
De nu ingediende alternatieve projecten scoren niet echt goed
Ecorys heeft ook een twintigtal alternatieve projecten beoordeeld. Dat heeft het bureau in het algemeen op een goede en evenwichtige wijze gedaan. De projecten in de clusters MKB/Algemeen en Arbeidspotentieel lijken aan te sluiten bij eerder gesignaleerde knelpunten voor het Noorden, maar ze zijn nog onvoldoende uitgewerkt. Bij de clusters Vestigingslocatie en Woon- en leefklimaat is geen sprake van het oplossen van een wezenlijk knelpunt. Over de twee clusters die Ecorys overwegend positief beoordeelt, Energie en Agribusiness, is het CPB minder positief. Bij de beoordeling van het cluster Energie hecht Ecorys te weinig gewicht aan het feit dat in Europees verband al een systeem van CO2-emissierechten is ingevoerd. Daardoor is voor de energie sector als geheel een emissieplafond van kracht. Gerichte pogingen om de CO2-uitstoot op één locatie verder te beperken zal niet werken. Door het systeem van de emissierechten zal de uitstoot elders toenemen. Bij het cluster Agribusiness kan men zich afvragen of met projecten gericht op instandhouding van de akkerbouw niet teveel wordt gemikt op sterke punten uit het verleden.
Lees ook het bijbehorende persbericht.
De conclusie is dat Ecorys de beoordeling in het algemeen op een goede en evenwichtige wijze heeft uitgevoerd. Ook voor projecten waarvoor te weinig informatie beschikbaar was om ze nu goed te kunnen beoordelen (de meeste), heeft Ecorys geprobeerd om aan te geven waar eventuele knelpunten dreigen en waar verbeterpunten lijken te liggen. Met name de clusters MKB/Algemeen en Arbeidspotentieel lijken aan te sluiten bij eerder gesignaleerde knelpunten, maar zijn onvoldoende uitgewerkt.
De conclusie van Ecorys dat er bij de clusters Vestigingslocatie en Woon- en leefklimaat "geen sprake is van het oplossen van een wezenlijk knelpunt" delen wij. Minder positief zijn wij over de twee clusters die Ecorys wel overwegend positief beoordeelt: Energie en Agribusiness. Bij de beoordeling van het eerste hecht Ecorys te weinig gewicht aan het feit dat door de invoering van CO2-emissierechten het belangrijkste externe effect van energie-opwekking is geïnternaliseerd en dat er door het bestaan van een emissieplafond geen daling van CO2-emissies zal plaatsvinden. Aanvullend overheidsingrijpen bij beperking CO2-uitstoot is daarom meestal niet langer legitiem, effectief of efficiënt. Bij het cluster Agribusiness vragen wij ons onder andere af, of met projecten gericht op instandhouding van de akkerbouw niet teveel wordt gemikt op sterke punten uit het verleden . De algemene beschouwing van Ecorys voorafgaand aan de projectbeoordelingen bevat een aantal kritische opmerkingen die het overdenken waard zijn.