Housing supply and the interaction of regional population and employment
Woningaanbod stuurt ruimtelijke verdeling bevolking en werkgelegenheid
Het aanbod van woningen en de regionale groei van bevolking en werkgelegenheid hangen sterk met elkaar samen. Maar welke van deze grootheden is sturend, en welke is volgend? In Nederland blijkt woningbouw de groei van de regionale bevolking en werkgelegenheid maar in beperkte mate te volgen. Omgekeerd is de ontwikkeling van het aanbod van woningen wel een belangrijke determinant van migratie tussen regio's. Netto binnenlandse migratie wordt niet aantoonbaar gestuurd door werkgelegenheidsgroei. Op de lange termijn past de werkgelegenheid zich juist aan de regionale bevolking aan. Dus waar er huizen gebouwd worden groeit de bevolking, en waar mensen gaan wonen volgen de banen.
Dit concluderen Wouter Vermeulen (Centraal Planbureau en Vrije Universiteit) en Jos van Ommeren (Vrije Universiteit) in het vandaag verschenen CPB Discussion Paper 'Housing supply and the interaction of regional population and employment'.
De auteurs hebben de samenhang tussen woningaanbod en de groei van regionale bevolking en werkgelegenheid onderzocht voor Nederlandse COROP-regio's, over de periode 1973 - 2002. Deze analyse vormt een belangrijke empirische onderbouwing voor de ruimtelijke scenario's in de studie Welvaart en Leefomgeving, die medio dit jaar zal verschijnen.
Op regionaal niveau volgen banen mensen
Het aantal mensen en banen is in de afgelopen decennia vooral sterk gegroeid in regio's rondom de grote steden, en in het midden van het land. Suburbanisatie lijkt hierin een belangrijke rol te hebben gespeeld. De beschikbaarheid van woningen in deze regio's heeft geleid tot een positief binnenlands migratiesaldo. Anderzijds was de bedrijfstaksamenstelling hier niet bijzonder gunstig. Dit wijst erop dat banen de mensen gevolg hebben, en niet omgekeerd. Schattingsresultaten bevestigen dat de regionale bevolking op de lange termijn werkgelegenheid aantrekt.
Dit is precies wat we op basis van economische theorie zouden verwachten. Arbeidsvraag is op de lange termijn gevoelig voor lonen. In een regio waar er ten opzichte van de werkgelegenheid relatief veel mensen beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt, zal er neerwaartse druk zijn op lonen, hetgeen banen aantrekt. Anderzijds is de mobiliteit van het arbeidsaanbod in Nederland laag, net als in andere Europese landen.
Hierbij dient wel aangemerkt te worden dat er in de studie geen onderscheid gemaakt is naar kenmerken van de bevolking. Het is bijvoorbeeld bekend dat hoger opgeleiden meer geneigd zijn om te verhuizen naar locaties waar interessant werk voor hen is dan lager opgeleiden. De resultaten zouden voor zo'n specifieke groep anders uit kunnen vallen.
Woningaanbod is sturend
Men zou denken dat er vooral gebouwd wordt op locaties waar groei van bevolking en werkgelegenheid verwacht wordt, en dat woningbouw in die zin dus op de lange termijn volgend is. Schattingsresultaten wijzen echter uit dat dit slechts in beperkte mate het geval is. Mensen gaan wonen waar er huizen gebouwd worden, maar er worden niet overal huizen gebouwd waar mensen willen wonen. Indirect stuurt het aanbod van woningen hiermee ook de ruimtelijke verdeling van werkgelegenheid.
Dit betekent niet dat een grote impuls aan de lokale woningbouw in een perifere regio automatisch zal leiden tot een vergelijkbare groei van bevolking en werkgelegenheid. De resultaten wijzen eerder op de rol van belemmeringen in het woningaanbod, die vermoedelijk het gevolg zijn van ruimtelijke ordening. Belemmeringen op nieuwbouw zullen in het algemeen leiden tot minder bevolkingsgroei, en in een krappe woningmarkt zullen mensen dan automatisch terecht komen in die regio's waar er wel gebouwd mag worden.
De ontwikkeling van bevolking en werkgelegenheid in de provincie Flevoland is illustratief voor de mechanismen die in dit onderzoek naar voren komen. Almere was oorspronkelijk een woonlocatie, en de bouw werd in deze groeikern niet belemmerd door ruimtelijke ordening. Hoewel de stad in eerste instantie weinig te bieden had aan bedrijven, heeft de grote bevolkingsgroei op termijn toch banen aangetrokken. Er wordt vandaag de dag nog steeds veel gependeld tussen Almere en Amsterdam, maar de verhouding van het aantal banen op de bevolking is er aangepast tot zo'n tweederde van het Nederlandse gemiddelde.
De huizenmarkt kan een belangrijk effect hebben op de relatie tussen regionale bevolking en werkgelegenheid, als het aanbod van woningen de vraag niet accommodeert.
Wij bestuderen de relaties tussen woningaanbod, regionale bevolking en werkgelegenheid empirisch in een dynamisch simultaan model. Er wordt in deze studie gebruik gemaakt van regionale panel data voor Nederland, waar een lange traditie van ruimtelijke ordening bestaat.
We vinden dat netto binnenlandse migratie sterk bepaald wordt door woningaanbod, terwijl het effect van werkgelegenheidsgroei niet statistisch significant is. Groei van de woningvoorraad is maar in beperkte mate gevoelig voor bevolking en werkgelegenheid, mogelijkerwijs als gevolg van een strikt ruimtelijke ordeningsbeleid. Werkgelegenheid past zich sterk aan naar een lange termijn relatie met de regionale bevolking. Onze analyse geeft verder aan de rol van arbeidsmarkten hierin groter is dan de rol van de lokale vraag naar consumptiegoederen. Dus, mensen volgen eerder huizen dan banen, en banen volgen mensen op de lange termijn.