Kerngegevenstabel plus koopkracht concept Macro Economische Verkenning 2019
Economie bloeit
2017 | 2018 | 2019 | |
Bbp-groei zet stevig door | 2,9 | 2,8 | 2,5 |
Werkloosheid naar laagste niveau sinds 2001 | 4,9 | 3,9 | 3,5 |
Verhoging lage btw-tarief duwt inflatie omhoog | 1,3 | 1,6 | 2,4 |
Koopkracht in de lift door lagere inkomstenbelasting | 0,3 | 0,4 | 1,3 |
Begrotingsoverschot ondanks extra uitgaven | 1,2 | 0,7 | 0,9 |
Overheidsschuld neemt verder af | 57 | 53 | 49 |
De economie groeit in 2019 door in een bovengemiddeld tempo, net als in 2017 en 2018 het geval was. De consumptie van huishoudens, de overheidsbestedingen, uitvoer en bedrijfs- en woninginvesteringen dragen hieraan bij. De werkloosheid daalt in 2019 verder naar een historisch laag niveau van 3,5%. Hogere arbeidskosten en de verhoging van het lage btw-tarief werken door in een hoger inflatiecijfer. Door (vooral fiscale) maatregelen uit het Regeerakkoord stijgt de doorsnee statische koopkracht niettemin met 1,3% in 2019 (0,4% in 2018). In de hoogconjunctuur blijft ondanks extra uitgaven sprake van een begrotingsoverschot; de overheidsschuld daalt naar 49%.
Laura van Geest (directeur CPB): “Ook in economisch opzicht is het een mooie zomer, met aanhoudende groei en verder dalende werkloosheid. Maar het is niet alleen maar zonneschijn. Onzekerheden rond Brexit, het handelsbeleid van de VS en het economisch beleid in Italië kunnen het beeld doen kantelen.”
De neerwaartse risico’s voor de economie zijn toegenomen. De handelsconflicten die kunnen uitmonden in een handelsoorlog zijn verder verscherpt. Het risico op een cliff edge Brexit wordt met de dag groter. Het economische beleid in Italië en de groeivertraging in een aantal opkomende economieën, zoals Turkije, brengen onzekerheid met zich mee voor het eurogebied.
Lees hier de nieuwe cijfers.
De presentatie van de koopkrachtontwikkeling is met ingang van deze cMEV gewijzigd. De spreiding van koopkrachteffecten krijgt in de nieuwe presentatie meer aandacht. In maart van dit jaar, bij de publicatie van het Centraal Economisch Plan (CEP), gaf het CPB al aan dat de weergave van de koopkrachtcijfers tot nu toe leidt tot een te grote fixatie op het bijsturen van de mediane statische koopkracht. De nieuwe presentatie toont daarom niet alleen de doorsnee koopkrachtontwikkeling in 2019 – bij deze raming gelijk aan 1,3% – maar ook de spreiding er omheen. Volgens de huidige raming kennen bijna alle huishoudens in 2019 een positieve koopkrachtontwikkeling, met uitschieters tot boven de 4% – een flinke spreiding dus rondom de doorsnee ontwikkeling. Bovendien is gekozen voor een meer evenwichtige verdeling van de inkomenscategorieën in de koopkrachtpresentatie.
Lees hier het achtergronddocument over de nieuwe koopkrachtpresentatie.
Lees hier een algemene uitleg van de koopkrachtpresentaties van het CPB.
Conclusies plus toelichting koopkracht
Lees het bijbehorende persbericht, en lees het bijbehorende CPB Achtergronddocument 'Toelichting aanpassingen presentatie koopkrachtramingen'.
Kerngegevenstabel 2016-2019, 16 augustus 2018
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Relevant wereldhandelsvolume goederen en diensten (%) | 3,6 | 4,9 | 3,4 | 4,0 |
Concurrentenprijs (goederen en diensten, exclusief grond- en brandstoffen (%) | -3,5 | 2,1 | 0,8 | 1,3 |
Olieprijs (dollars per vat) | 44,3 | 55,0 | 72,5 | 72,2 |
Eurokoers (dollar per euro) | 1,11 | 1,13 | 1,19 | 1,17 |
Lange rente Nederland (niveau in %) | 0,3 | 0,5 | 0,6 | 0,7 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Bruto binnenlands product (bbp, economische groei, %) | 2,2 | 2,9 | 2,8 | 2,5 |
Consumptie huishoudens (%) | 1,1 | 1,9 | 2,7 | 2,3 |
Consumptie overheid (%) | 1,3 | 1,1 | 2,1 | 2,7 |
Investeringen (inclusief voorraden, %) | -6,7 | 4,4 | 4,8 | 3,8 |
Uitvoer van goederen en diensten (%) | 1,7 | 5,3 | 3,0 | 4,2 |
Invoer van goederen en diensten (%) | -2,0 | 4,9 | 3,3 | 4,8 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Prijs bruto binnenlands product (%) | 0,5 | 1,2 | 2,0 | 2,5 |
Uitvoerprijs goederen en diensten (exlusief energie, %) | -1,4 | 1,9 | 1,2 | 1,5 |
Prijs goedereninvoer (%) | -4,5 | 4,2 | 2,2 | 1,2 |
Inflatie (geharmoniseerde consumentenprijsindex, hicp, %) | 0,1 | 1,3 | 1,6 | 2,4 |
Loonvoet bedrijven (per uur, %) | 0,7 | 1,2 | 2,8 | 3,9 |
Contractloon bedrijven (%) | 1,5 | 1,6 | 2,0 | 2,9 |
Koopkracht, statisch, mediaan, alle huishoudens (%) | 2,6 | 0,3 | 0,4 | 1,3 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Beroepsbevolking (%) | 0,4 | 0,8 | 1,1 | 1,0 |
Werkzame beroepsbevolking (%) | 1,3 | 2,1 | 2,1 | 1,4 |
Werkloze beroepsbevolking (in duizend personen) | 538 | 438 | 355 | 320 |
Werkloze beroepsbevolking (niveau in % beroepsbevolking) | 6,0 | 4,9 | 3,9 | 3,5 |
Werkgelegenheid (in uren, %) | 2,0 | 1,9 | 2,1 | 1,4 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Arbeidsinkomensquote bedrijven (niveau in %) (a) | 73,6 | 73,4 | 73,6 | 74,3 |
Arbeidsproductiviteit bedrijven (per uur, %) | 0,2 | 0,9 | 0,9 | 1,1 |
Individuele spaarquote (niveau in % beschikbaar inkomen) | 3,6 | 2,9 | 3,0 | 2,8 |
Saldo lopende rekening (niveau in % bbp) | 8,1 | 10,5 | 10,1 | 9,9 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
EMU-saldo (% bbp) | 0,0 | 1,2 | 0,7 | 0,9 |
EMU-schuld (ultimo jaar, % bbp) | 62,0 | 57,1 | 52,8 | 49,2 |
Collectieve lasten (% bbp) | 38,4 | 38,7 | 38,7 | 39,0 |
Bruto collectieve uitgaven (% bbp) | 44,0 | 42,9 | 42,7 | 42,4 |
Aanvullende kerngegevens 2016-2019
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Bruto investeringen bedrijvensector (exclusief woningen %) | -15,9 | 5,5 | 4,2 | 3,4 |
Investeringen bedrijven in woningen (%) | 21,7 | 12,0 | 8,5 | 5,9 |
Uitvoer van binnenslands geproduceerde goederen (exclusief energie, %) | 3,7 | 5,6 | 3,1 | 3,6 |
Wederuitvoer goederen (exclusief energie, %) | 5,6 | 8,7 | 5,1 | 6,0 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Nationale consumenten prijsindex (cpi, %) | 0,3 | 1,4 | 1,6 | 2,4 |
Afgeleide nationale consumentenprijsindex (cpi, %) | 0,3 | 1,4 | 1,3 | 1,4 |
Loonvoet sector overheid (%) | 2,5 | 3,0 | 3,6 | 3,1 |
Prijs overheidsconsumptie, beloning werknemers (%) | 2,3 | 0,7 | 3,2 | 2,6 |
Prijs overheidsconsumptie, netto materieel (imoc, %) | 0,2 | 1,5 | 1,6 | 1,6 |
Prijs intermediair verbruik (%) | 0,3 | 1,3 | 2,1 | 2,2 |
Prijs bruto overheidsinvesteringen (iboi, %) | -0,2 | 1,3 | 1,5 | 1,9 |
Prijs nationale bestedingen (%) | 0,4 | 1,2 | 1,9 | 2,5 |
Prijs toegevoegde waarde bedrijven (%) | 0,0 | 1,1 | 1,9 | 1,9 |
Contractloon marktsector (%) | 1,5 | 1,7 | 2,0 | 3,0 |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | |
Bruto binnenlands product (bbp, in miljarden euro's) | 708,3 | 737,0 | 773,0 | 811,8 |
Bevolking (in duizenden personen) | 17030 | 17132 | 17220 | 17300 |
Beroepsbevolking (in duizenden personen) | 8942 | 9017 | 9115 | 9210 |
Werkloze beroepsbevolking nationale definitie (in duizenden personen) | 581 | 471 | 390 | 355 |
Werkloze beroepsbevolking nationale definitie niveau, % beroepsbevolking) | 7,3 | 5,9 | 4,8 | 4,4 |
Bruto modaal inkomen (euro) | 33500 | 34000 | 35000 | 36000 |
EMU-saldo structureel (EC-methode, % bbp) | 0,5 | 0,8 | 0,0 | -0,3 |