4 maart 2009

Handelsbarrières en productiviteit: Empirisch bewijs met behulp van data op bedrijfsniveau

We combineren de empirische resultaten die we hebben verkregen uit een databestand op bedrijfsniveau voor Europese landen: The Observatory of European SMEs, met de recentste bevindingen uit de heterogene literatuur over bedrijven. Het doel is empirische verbanden te leggen tussen handelskosten, export activiteiten en productiviteit.

Geheel in lijn met eerdere studies, constateren we dat traditionele handelsbarrières zoals invoertarieven en NTB’s (non-tarrif barriers) niet de voornaamste handelsbarrières zijn waarmee Europese exporteurs worden geconfronteerd. In plaats daarvan zijn gebrek aan informatie over de buitenlandse markt, gebrek aan netwerken en regelgeving in het land zelf, de belangrijkste barrières.

Voor de EU constateren we dat een gemeenschappelijke munt, verruiming van de markt en het wegvallen van grenscontroles als belangrijk of zeer belangrijk worden ervaren door de meerderheid van de bedrijven; maar de mogelijkheid om werknemers uit andere EU-landen in te huren, wordt niet belangrijk gevonden.

Zijnde een exportbedrijf of een bedrijf met een groter aandeel geїmporteerde goederen maakt de kans groter dat dit beleid met betrekking tot de binnenlandse markt, als nuttig wordt ervaren. Aan de andere kant verminderen bedrijven met hogere arbeidsproductiviteit de kans dat dit beleid relevant wordt bevonden, terwijl de grootte van het bedrijf de verschillen niet kan verklaren hoe tegen die binnenlandse markt wordt aangekeken.

Dit is een Engelstalige publicatie.

Auteurs

Hugo Rojas-Romagosa