Arbeidsmarkt: Historische daling werkzame personen, maar internationaal gezien beperkt
Historische daling aantal werkenden is internationaal gezien beperkt: samenhang met beleid
In april daalde het aantal werkzame personen historisch met 1,8%. Dat was een stuk groter dan de daling in maart van 0,2%. De daling vertaalde zich maar ten dele in een stijging van de werkloosheid (van 2,9% naar 3,4%). Het merendeel van de baanverliezers trok zich terug van de arbeidsmarkt. Daarbij trokken vooral jongeren en vrouwen zich terug van de arbeidsmarkt. Verder is het aantal gewerkte uren in mei nog wat verder gedaald (met gemiddeld 1 uur per week), blijkt uit enquêtedata van het LISS panel.
Vanuit internationaal perspectief is de daling in het aantal werkzame personen echter beperkt. Binnen de groep van landen waarover data beschikbaar is, liet alleen Zweden een kleinere daling zien (0,5%). De daling in andere Europese landen was groter, en aanzienlijk groter in Canada en de Verenigde Staten (14% in beide landen). Er zijn nog relatief weinig internationale gegevens over de daling in de gewerkte uren. De daling in de gewerkte uren was in Nederland in april wat hoger dan in Canada en Zweden.
De daling was groter in landen met weinig werktijdverkorting en beperkte ontslagbescherming, en die hebben ingezet op het verhogen van uitkeringen. Nederland is wat betreft werktijdverkorting in continentaal Europa een `middenmoter’, maar kent wel relatief stringente ontslagbescherming voor vaste contracten. De ontslagbescherming is door de ‘ontslagboete’ in de NOW verder toegenomen. In Canada en de VS wordt relatief weinig gebruik gemaakt van werktijdverkorting en is de ontslagbescherming relatief beperkt. Daar is werkloosheidsuitkering tijdelijk aanzienlijk verhoogd, dit vergroot de uitstroom uit de werkgelegenheid en beperkt de instroom.
Downloads
Externe auteur: Bettina Siflinger (Tilburg University)