Kleine zakelijke dienstverleners als kreeften in een mand
Zakelijke dienstverlening benut schaalvoordelen onvoldoende
Dit concluderen de onderzoekers Henk Kox en Henry van der Wiel (beiden CPB) en George van Leeuwen (CBS) in het vandaag verschenen CPB Discussion Paper 158´Small firms captive in a box like lobsters: causes of poor productivity performance in European business services´.
In diverse Europese landen is de zakelijke dienstverlening qua werkgelegenheid inmiddels bijna net zo groot als de industrie. De groep van kleinste bedrijven (tot tien personen) vertegenwoordigt 95% van de zakelijke dienstverlening. Deze groep is competitief in de zin dat hun productiviteit onderling weinig verschilt. Maar vergeleken met grotere bedrijven zijn deze kleine bedrijven aanzienlijk minder productief. Dat komt omdat ze te klein zijn om mogelijke schaalvoordelen in hun productieproces te benutten. Alleen al door het inschakelen van meer mensen en kapitaal zouden ze hun productiviteit kunnen verdubbelen afgaand op de situatie bij bedrijven met 20-50 personen in dienst.
Productiviteitswinst
Door 'groter te groeien' kunnen deze kleine bedrijven dus productiviteitswinsten behalen, maar de onderzoekers achten het waarschijnlijk dat deze bedrijven in hun groeiaspiraties belemmerd worden door overheidsregulering. Dit geldt vooral met betrekking tot de kosten bij faillissement en werkgelegenheidsaanpassing, zoals belemmeringen in aanpassingen van de contractuele uren en het ontslaan van werknemers.
De resultaten van de studie zijn gebaseerd op paneldata voor 13 Europese landen voor de jaren 2000-2005. Deze is onderverdeeld naar acht branches binnen de zakelijke dienstverlening. De studie maakt gebruik van twee methoden om de zogenaamde ´best-practice´ technologie te bepalen: een modelmatige - en een modelvrije methode. ´Best-practice´ is daarbij de hoogst haalbare productiviteit.
De studie verklaart afwijkingen van de hoogst haalbare productiviteit onder andere door de invloed van marktwerking en regulering op de efficiency. In dit onderzoek wijzen beide onderzoeksmethoden in dezelfde richting: regulering is een belangrijke factor voor de verklaring van efficiency - en productiviteitsverschillen.
De studie onderzoekt of een gebrek aan concurrentie de lage productiviteitsprestaties in de Europese zakelijke dienstverlening veroorzaakt. Het onderzoek gebruikt gedetailleerde panel data voor 13 EU landen over de periode 2000-2005. Deze publicatie is Engelstalig.
We gebruiken twee methoden om de productiviteitsbovengrens te bepalen: een modelmatige - en een modelvrije methode. Afwijkingen van de productiviteitsbovengrens worden verklaard door marktwerking en nationale reguleringsverschillen.
We vinden dat de minimaal efficiënte schaalgrootte in de zakelijke dienstverlening ligt bij een omvang van 20 werknemers. Zo'n 95% van de bedrijven is echter kleiner. De kleinste bedrijven zijn weliswaar competitief in de zin dat ze onderling weinig verschillen qua productiviteit, maar vergeleken met grotere bedrijven zijn ze aanmerkelijk minder productief. Dit schaalnadeel is structureel en persistent in de tijd. Het duidt op groeibarrières voor de kleine bedrijven. We vinden dat nationale regulering rond faillissement en rond werkgelegenheidsaanpassing een negatief effect hebben op hun productiviteitsprestaties.