De waarde van sociale vaardigheden op de arbeidsmarkt
Vooral door de opkomst en het gebruik van ICT op het werk zijn in eerste instantie sociale vaardigheden belangrijker geworden, maar vanaf midden jaren ’90 zien we een afvlakking omdat computertechnologie steeds vaker ook deze taken effectief kan overnemen. Daarnaast laten we zien dat een substantieel deel van de inkomensverschillen en beroepskeuze tussen mannen en vrouwen en tussen autochtonen en allochtonen kunnen worden verklaard door verschillen in sociale vaardigheden. We definiëren sociale vaardigheden als de vaardigheid om effectief met mensen om te gaan. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om het geven van aandacht, het beïnvloeden van mensen, maar ook het motiveren van anderen. De empirische analyse maakt gebruik van Amerikaanse, Britse en Duitse gegevens.
We presenteren een arbeidsmarktmodel waarin mensen verschillen in sociale vaardigheden en banen in de mate waarin deze vaardigheden van belang zijn. Mensen met meer sociale vaardigheden zijn productiever in banen waarin deze meer tot hun recht komen en zullen ook vaker in dit soort banen werken. Op basis van Amerikaanse en Britse gegevens laten we zien dat mensen die in hun jeugd sociaal vaardiger waren vaker werken in banen waarin sociale vaardigheden belangrijk zijn. Dit betekent niet dat ze absoluut meer verdienen, omdat ook veel relatief laagbetaalde banen om sociale vaardigheden vragen, maar dat ze binnen banen waarin het relatieve belang van sociale vaardigheden groot is meer verdienen. Tevens tonen de patronen aan dat de omvang van de verschillende beroepsgroepen en de relatieve beloning van deze beroepen de dynamiek van de manvrouw en etnische verschillen in beloning en werkgelegenheid volgt.
In het vervolg van de analyse passen we ons arbeidsmarktmodel toe om deze verschillen beter te bestuderen. Manvrouw verschillen in beloning nemen in de Verenigde Staten in de periode 1970-1995 sterk af, maar daarna lijkt deze trend te stoppen. Voor etnische verschillen in beloning geldt het omgekeerde. In de empirische analyse laten we zien dat deze trends zijn gerelateerd aan het belangrijker worden van sociale vaardigheden in de periode tot 1995 als gevolg van het automatiseren en computeriseren van verschillende soorten werk. Hierdoor is menselijke interactie belangrijker geworden en meer gewaardeerd. Vanaf 1995 is dit belang niet verder toegenomen, doordat computertechnologie nu ook kosteneffectief meer interactieve taken kan uitvoeren. De schattingen voor de Verenigde Staten, die we aanvullen met schattingen van Duitsland en Groot-Brittannië, bevestigen dit.
In een robuustheidanalyse laten we zien dat de gevonden effecten niet worden gedreven door het belang van andere vaardigheden. Het lijkt er op dat sociale vaardigheden belangrijk zijn in het verklaren van arbeidsmarktsucces en verschillen in arbeidsmarktsucces tussen groepen. Daarnaast verklaart het belang en de dynamiek van deze vaardigheden een substantieel deel van de dynamiek in lonen in de Verenigde Staten, Duitsland en Groot-Brittannië in de afgelopen decennia.