De Nederlandse arbeidsmarkt in taken: Eerste bevindingen uit de Nederlandse Skills Survey
CPB introduceert nieuwe meetwijze arbeidsmarkt
De eerste ‘Nederlandse Skills Survey’ maakt inzichtelijk welke taken mensen tegenwoordig op het werk uitvoeren. Enkele resultaten worden vandaag gepubliceerd in het CPB boek 'De Nederlandse arbeidsmarkt in taken'.
De arbeidsmarkt is in beweging. De samenstelling van de beroepsbevolking wordt anders als gevolg van vergrijzing, stijgende opleidingsniveaus en meer participatie van ouderen. Tegelijkertijd verandert de vraag naar arbeid door technologische verandering, die het mogelijk maakt werk op nieuwe wijzen te verdelen tussen mensen, machines, bedrijven en landen. De huidige manier van wetenschappelijk meten in beroepen en sectoren maakt deze dynamiek onvoldoende inzichtelijk.
Daarom is door CPB en ROA, naar Brits voorbeeld, de Nederlandse Skills Survey opgezet, waarin naar daadwerkelijk uitgevoerde taken wordt gekeken. De informatie uit deze enquête geeft een beeld van de verdeling van werk. Deze benadering brengt diverse ontwikkelingen beter in beeld, zoals het belang van een breed palet aan vaardigheden van werknemers en de kwaliteit van de match van werknemer en taken.
Inzicht op het niveau van taken helpt beleidsmakers bij het bepalen van de mogelijke verbetering van de inzetbaarheid van verschillende groepen werknemers. Ook is het mogelijk om bij te houden hoe de aard van het werk in Nederland geleidelijk aan verandert door diverse vraag- en aanbodfactoren. Dit is bijvoorbeeld van belang in discussies rond de pensioenleeftijd, participatie van vrouwen en re-integratie van mensen buiten de arbeidsmarkt.
Ook is het vanuit sociaaleconomisch en onderwijsperspectief van belang om te weten welke eisen de mondiale en lokale arbeidsmarkt de komende tijd stellen, zowel aan de huidige als de toekomstige werknemers.
Lees ook het bijbehorende persbericht.
Deze verschuiving leidt ertoe dat de inhoud van beroepen verandert, waardoor de vraag naar vaardigheden binnen en tussen beroepen verandert, wat gevolgen heeft voor de allocatie van werknemers. Als gevolg van computertechnologie is bijvoorbeeld een deel van het werk naar het buitenland verplaatst en een deel van het werk overgenomen door computers, maar een ander deel van het werk is juist belangrijker geworden voor de Nederlandse werknemer. De huidige wijze van meten in beroepen en sectoren maakt een dergelijke verandering niet inzichtelijk. In dit onderzoek wordt een alternatieve manier van meten voorgesteld en door middel van een enquête is de eerste Nederlandse Skills Survey (NSS) opgesteld. Deze enquête geeft zicht op de verdeling van taken in de Nederlandse economie. De benadering brengt het belang van een palet aan taken in beeld, de vaardigheden van werknemers en de kwaliteit van de match van werknemer en taken. De rapportage schetst, naast een analyse van de validiteit van de data en deze wijze van dataverzameling, drie toepassingen: het meten van complexiteit en effectiviteit van kennis en vaardigheden, het inzichtelijk maken van verschillen in vaardigheden die op school of op het werk worden geleerd, en het meten van verschillen binnen en tussen beroepen in de stad en op het platteland. De analyses in dit rapport zijn relevant voor beleid op het terrein van een leven lang leren, duurzame inzetbaarheid en de (mis)match van vraag en aanbod.