Het werk dat al het andere werk mogelijk maakt (maar niets betaalt)
Marente Vlekke
wetenschappelijk medewerker of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy AnalysisMaar afgaande op de cijfers zou het krijgen van kinderen in deze tijden van krapte misschien juist even niet aangemoedigd moeten worden. Want vrouwen gaan massaal minder uren werken als ze kinderen krijgen. Nergens ter wereld werken zo veel vrouwen in deeltijd als in Nederland. Het verbaast mij dan ook niet dat verschillende opiniemakers, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid incluis, dit jaar vrouwelijk Nederland opriep om meer uren te draaien.
Kindboete
Dat is niet alleen goed voor Nederland, maar ook voor de vrouwen zelf. Vrouwen verdienen immers nog steeds veel minder dan mannen. Jonge moeders komen er helemaal bekaaid af. Want behalve de gebruikelijke beproevingen (denk aan chronisch slaaptekort, verzakte bekkenbodems) staat deze vrouwen volgens mijn CPB-collega’s ook nog eens de ‘kindboete’ te wachten (Rabaté en Rellstab, 2021). Gemiddeld verliezen jonge moeders namelijk 46% van hun inkomen na het krijgen van kinderen (voor jonge vaders is er vrijwel geen effect). Volgens de onderzoekers komt dit vooral doordat nieuwe moeders massaal hun betaalde werkzame uren verlagen na de geboorte van hun eerste kind. Gemiddeld werken mannen 39,4 uur en vrouwen 29,2 uur buitenshuis (CBS 2022a). Ook hun gemiddeld uurloon verschilt nog steeds: in het bedrijfsleven verdienen mannen gemiddeld 19% meer dan vrouwen. Gecorrigeerd voor kenmerken als type functie en bedrijfstak is het verschil 6% (CBS 2022b).
Dus klinkt de oproep ‘dames, steek je handen uit de mouwen voor jezelf en samenleving’ helemaal niet zo gek.
Toch?
Juist wel, zegt Lynn Berger, auteur van het boek ‘Ik werk al – ik krijg er alleen niet voor betaald’, die vandaag op het CPB spreekt tijdens een bjieenkomst over diversiteit: wanneer deeltijdwerkers volgens de officiële statistieken niet werken, werken ze eigenlijk ook. We zien het alleen niet als werk. We noemen het ‘huishouden’, ’boodschappen doen’, ‘mantelzorg’, mamadag of papadag. Dit type werk wordt ook wel ‘reproductieve arbeid’ genoemd, omdat het ‘al het andere werk mogelijk maakt’. Zonder dit type werk is er geen economie. Het verzorgt arbeidskrachten en maakt nieuwe arbeidskrachten klaar om deel te nemen.
Meetellen
Omdat reproductieve arbeid geen euro’s oplevert, telt het in geen enkele maatstaf van gewerkte uren of bruto binnenlands product (bbp) mee. Dus als je zelf je huis schoonmaakt, telt dit niet bij het bbp, als je een schoonmaakbedrijf betaalt om exact hetzelfde werk te doen, telt het wel. Het klassieke (en behoorlijk gedateerde) voorbeeld van deze paradoxale situatie is de man die met zijn huishoudster trouwt: dit leidt in de CBS-statistieken tot minder gewerkte uren en een lager bbp, oftewel negatieve economische groei. Terwijl de kersverse bruid haar dagen waarschijnlijk nog steeds vult met het poetsen van het huis van dezelfde man.
Richard Stone, Nobelprijswinnaar in de economie en expert op het gebied van nationale rekeningen, heeft hierover ooit gezegd dat het niet meetellen van onbetaalde arbeid uiteindelijk eerder een praktische keuze dan een inhoudelijke goed beargumenteerde keuze is: alles waarvoor we betalen is makkelijk(er) meetbaar, de rest blijft giswerk (Stone, 1984).
Dit betekent dat het onbenut arbeidspotentieel van al die deeltijdwerkende vrouwen kleiner is dan we denken. Vrouwen verrichten namelijk gemiddeld 26,5 uur onbetaalde arbeid, mannen gemiddeld 17,4 uur per week (SCP 2019a). Voor jonge ouders is de verdeling nog schever: jonge moeders verrichten 36 uur reproductieve arbeid, jonge vaders 21 uur (SCP 2019a en 2019b). Deeltijdwerkers oproepen om meer betaald werk te gaan doen, lijkt dus geen oplossing te zijn voor krapte als het ten koste gaat van al het onbetaalde werk.
Wat dan wel?
Een gelijkere verdeling van zorgtaken tussen mannen en vrouwen kan hierbij helpen. Beleid kan hierin een belangrijke rol spelen, zie bijvoorbeeld de conclusies in het gezamenlijke rapport van het CPB en het SCP over de herziening van het financieringsstelsel van de kinderopvang (CPB en SCP 2023).
Beleid is een begin van een antwoord. De onderliggende sociale norm is hardnekkig. De verschillen tussen mannen en vrouwen ontstaan al ruim voordat stellen kinderen krijgen. Zo zijn tienermeisjes gemiddeld bijna twee keer zo veel tijd kwijt aan helpen in het huishouden dan tienerjongens (SCP 2019a). En hoewel 41% van de ouders aangeeft dat ze graag alle zorg voor hun kinderen eerlijk willen verdelen, slaagt in de praktijk slechts 9% hierin (CBS 2022a).
Mijn man en ik wilden absoluut niet dat dit ons zou overkomen. We spraken dan ook af om alle reproductieve arbeid eerlijk te verdelen. Maar hoe houden we onszelf aan die afspraak? We kwamen met een typische economenoplossing: we betalen elkaar. Niet met echt geld, maar met grote plastic piratenmunten (te koop bij elke zichzelf respecterende speelgoedwinkel). Toen ons eerste kind net geboren was hebben we de munten gelijk verdeeld over twee ‘potten met goud’. En als mijn man op zakenreis moet op papadag, of ik de borrel wil meepakken terwijl ik eigenlijk ‘dienst’ heb, nemen we de zorg voor onze dochter van elkaar over en betalen we elkaar daarvoor piratenmunten (1 muntje per 3 uur overdag, en 1 muntje per uur ’s nachts, want slaap is kostbaar). Jullie zullen begrijpen dat dit plan kon rekenen op gegniffel door mijn vrienden, want daar heb je “die gekke econoom weer”. Maar het werkt! Tenminste voor ons. Het maakt in het klein inzichtelijk wat anders giswerk blijft. En laatst zei een vriendin van me (ook moeder) over haar man: “Weet je, als wij ook twee potten met munten hadden gehad, dan was die van hem al lang leeg geweest”.
Marente Vlekke
Bronnen
- Berger, Lynn (2023), Ik werk al (ik krijg er alleen niet voor betaald), De Correspondent (link).
- CBS (2022a), Emancipatiemonitor, (link).
- CBS (2022b), Monitor loonverschillen mannen en vrouwen, 2020, (link)
- CPB en SCP, (2023), “Herziening financieringsstelsel kinderopvang”, (link)
- Rabaté, Simon en Sara Rellstab (2021), “The Child Penalty in the Netherlands and its Determinants”, CPB Discussion Paper, (link).
- SCP (2019a), “Zorg voor het huishouden en anderen”, Een Week in Kaart, Editie 2, (link).
- SCP (2019b), Alle ballen in de lucht: tijdsbesteding in Nederland en de samenhang met kwaliteit van leven, (link).
- Stone, Richard (1984), “The Accounts of Society”, Nobel Memorial Lecture, 8 December 1984, (link).
- more about Marente
Marente Vlekke
wetenschappelijk medewerker of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis
- more about Marente
Recent CPB columns
- Van wie is de ruimte? - Jeroen Hinloopen
- Kinderwetje uit 1874 nog steeds actueel - Frits Bos
- Misverstanden plagen aanpak van productiviteit - Pieter Hasekamp