Van wie is de ruimte?
Jeroen Hinloopen
onderdirecteur of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy AnalysisOp school leerde ik tijdens de economieles dat zuiver publieke goederen twee kenmerken hebben: niemand kan uitgesloten worden van consumptie en iedereen kan het op ieder gewenst moment consumeren. Het gevolg hiervan is dat de markt publieke goederen niet voortbrengt: als het publieke goed er eenmaal is, kun je er als aanbieder geen prijs voor vragen. Het voorbeeld dat besproken werd, was dijkbewaking: iedereen achter een dijk is te allen tijde beschermd tegen het wassende water en niemand kan van die bescherming worden uitgesloten. Omdat publieke goederen wél voorzien in een maatschappelijke behoefte, is het aan de overheid om publieke goederen voort te brengen. De overheid kan consumenten immers dwingen om voor het publieke goed te betalen door belastingen te heffen.
Tijdens mijn studie leerde ik dat er een tweede categorie goederen is die de markt moeizaam voortbrengt: goederen met zeer hoge vaste kosten en relatief lage marginale kosten. Voor deze goederen ontstaan winner-takes-all-markten, want de aanbieder met het grootste marktaandeel heeft de laagste gemiddelde totale kosten. Deze aanbieder kan van alle aanbieders de laagste prijs vragen, waardoor zijn marktaandeel verder toeneemt. Daardoor worden de gemiddelde totale kosten nog weer lager. Dat geeft ruimte om de prijs verder te verlagen, daardoor neemt zijn marktaandeel verder toe, enzoverder. Uiteindelijk blijft er één aanbieder over: de winnaar.
Risicovol
Netwerkdiensten vormen zo’n winner-takes-all-markt. De markt brengt deze goederen moeizaam voort, want het is niet gezegd dat de zogenoemde upfront-investering wordt terugverdiend – je kunt als aanbieder de ratrace bijvoorbeeld verliezen. Maar het is ook mogelijk dat de investering simpelweg te groot is om door een private partij te worden opgebracht. En dit is een probleem als winner-takes-all-diensten een publiek karakter hebben, zoals een spoornetwerk, een wereldwijd dekkend communicatiesysteem, of een landelijk dekkend elektriciteitsnetwerk. Als het aan de markt zou liggen, worden deze publiek georiënteerde diensten niet voortgebracht. Daarom is ook hier de overheid weer aan zet.
Nu is er een bijkomend aspect dat nog wel eens over het hoofd wordt gezien: als de overheid een goed voortbrengt, is ze er ook de eigenaar van. Dit klinkt misschien triviaal, maar het heeft een belangrijk gevolg: de democratische controle op het gebruik ervan is als vanzelf gegarandeerd. En dat maakt regulering relatief eenvoudig: er kan worden gegarandeerd dat iedereen toegang heeft tot het goed tegen een redelijke prijs. Ook misbruik kan worden tegengegaan.
Niet geleerd
Wat ik op school en tijdens mijn studie niet leerde, was dat het toch denkbaar is dat de markt winner-takes-all-diensten met een publiek karakter voortbrengt. Geholpen door eerder behaalde winsten op andere markten, zien we dat er private partijen zijn die investeren in toekomstige winner-takes-all-diensten met een publiek karakter, zoals een door satellieten ondersteund wereldwijd communicatienetwerk. Het lijkt aantrekkelijk: de markt doet wat ze moet doen, goederen en diensten voortbrengen. Maar het bijkomende voordeel van publiek eigenaarschap als de overheid de aanbieder is, verdwijnt als de markt het aanbod voor zijn rekening neemt. De markt moet dan gereguleerd worden. Maar dat is niet eenvoudig als het om wereldspelers gaat, al was het maar omdat er geen wereldwijde marktautoriteit bestaat die het publieke belang van de mensheid beschermd, inclusief de kolonisatie van de ruimte. Want van wie is de ruimte? Volgens het ruimteverdrag van de Verenigde Naties is dat de mensheid. Wij allemaal dus. Maar wie reguleert de ruimte? Vooralsnog niemand.
In 2022 viel het Starlinknetwerk in Oekraïne uit. Volgens de Financial Times zorgde dit voor een ‘catastrofale uitval’ van communicatie voor het Oekraïense leger in de oorlog tegen Rusland. Later bleek dat Elon Musk, eigenaar van SpaceX, geen partij wilde kiezen: “Ik heb die dingen uitgevonden om te netflixen en te gamen en nu worden ze ineens onderdeel van een bredere oorlog en dat was niet de bedoeling”, aldus Musk in zijn recent uitgebrachte biografie. Met de figuurlijke druk op de knop schakelde hij het Starlinknetwerk uit en werd het Oekraïense leger op achterstand gezet. Een beslissing waar geen democratische verantwoording aan te pas kwam.
Hieruit blijkt wel: Met een overheid die publiek georiënteerde winner-take-all-diensten voortbrengt, ben je er nog niet. Want de ene overheid is de andere niet. Democratische controle op het gebruik van publiek georiënteerde diensten is alleen geborgd in een goed werkende democratie waarbij de overheid het publieke belang dient. Je komt van de regen in de drup als een wispelturige CEO ingeruild wordt voor een even wispelturige autocratische politiek leider. Niet alleen de overheid is aan zet, het zijn democratisch gecontroleerde overheden waar we onze kaarten op moeten inzetten.
- more about Jeroen
Jeroen Hinloopen
onderdirecteur of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis
- more about Jeroen
Recent CPB columns
- Kinderwetje uit 1874 nog steeds actueel - Frits Bos
- Misverstanden plagen aanpak van productiviteit - Pieter Hasekamp
- De sleutel tot meer woongenot - Jurre Thiel