Maakt weinig geld ongelukkig?
Anne-Fleur Roos
Programmaleider of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy AnalysisLaten we daarom de vraag eens omdraaien: maakt weinig geld ongelukkig? Die vraag is net zo moeilijk om te beantwoorden als haar positieve tegenpool, maar mogelijk nog belangrijker. Het blijft vooralsnog wachten op een nieuw Regeerakkoord, maar in 2017 formuleerde het huidige demissionaire kabinet ‘het terugdringen van schulden en armoede’ als één van zijn speerpunten voor het toekomstige beleid. De ambitie kwam voort uit de observatie dat één op de 10 huishoudens in Nederland kampt met problematische schulden. Een nog grotere groep loopt het risico om in schulden te geraken. Hoewel het hebben van schulden op zichzelf al vervelend is, hebben financiële problemen ook gevolgen voor de rest van het leven. Van het leven in armoede is bekend dat het stress, spanningen, relatiebreuken, kortere levensduur, et cetera kan veroorzaken. De hoop is dat met het oplossen van financiële moeilijkheden verschillende problemen tegelijk getackeld kunnen worden.
Samenhang
Klopt die veronderstelling? Het CPB onderzocht de samenhang tussen schuldenproblematiek en geestelijke gezondheid. Als mensen in de schulden geraken, maken ze dan ook vaker gebruik van geestelijke gezondheidszorg (ggz), sociale en/of financiële hulpverlening? Die vraag is niet eenvoudig te beantwoorden. De tweezijdigheid in de relatie tussen financiële situatie en (mentale) gesteldheid/gezondheid maakt het moeilijk. Leiden financiële problemen ertoe dat mensen zo veel stress en spanningen ervaren dat zij (mentale) gezondheidsproblemen ervaren? Of leiden mentale gezondheidsproblemen ertoe dat mensen moeite hebben om te functioneren in het arbeidsproces of te voldoen aan maatschappelijke verplichtingen, waardoor zij niet meer goed in staat zijn om hun financiën op orde te krijgen? Of is het wellicht allebei waar?
We ontdekten dat mensen, voordat ze in problematische schulden belanden, ook al hogere ggz-uitgaven hadden dan mensen zonder schulden. Vervolgens blijkt het verschil in ggz-uitgaven en gebruik van sociale en/of financiële hulpverlening nog eens toe te nemen nadat mensen in de schulden geraken.
Versterkend effect
Dus: maakt (weinig) geld (on)gelukkig? Of geld gelukkig maakt, weten we niet, maar dat financiële problemen samenhangen met een slechtere mentale gezondheid en dat de twee effecten elkaar ook nog eens lijken te versterken, weten we wel. Dat is een belangrijke conclusie voor beleid. Als mentale problemen ontstaan door schulden, dan heeft beleid dat problematische schulden voorkomt een dubbel effect: minder schuldenproblematiek en lagere zorguitgaven. Voor de overheidsfinanciën is dat mooi, maar belangrijker nog is het positieve effect voor de individuen zelf. Hoewel er in de afgelopen jaren veel werk is verricht dat gericht is op het terugdringen van armoede en problematische schulden, is het aantal huishoudens in Nederland met geregistreerde problematische schulden onverminderd hoog . Ik hoop dat armoedebeleid en de aanpak van problematische schulden een onderwerp op de politieke agenda blijft en ook weer terug te vinden is in het nieuwe Regeerakkoord.
Anne-Fleur Roos
- more about Anne-Fleur
Anne-Fleur Roos
Programmaleider of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis
- more about Anne-Fleur
Recent CPB columns
- De sleutel tot meer woongenot - Jurre Thiel
- Een prikkelend toekomstperspectief - Jan-Maarten van Sonsbeek
- We kunnen de aarde redden. Maar willen we dat? - Marcel Timmer