Middellangetermijnverkenning 2022-2025
Dit is de eerste verkenning voor de economische en budgettaire ontwikkeling in de jaren 2022-2025. Deze jaren beslaan de volgende regeerperiode bij Kamerverkiezingen in maart 2021. Deze middellangetermijnraming beoogt een van de bouwstenen te zijn voor het nadenken over het beleid in 2022-2025 en ligt ten grondslag aan de CPB-houdbaarheidsanalyse die in december zal worden gepubliceerd. De verkenning zal in 2020 regelmatig worden geactualiseerd. Uiteindelijk zal na de totstandkoming van het regeerakkoord een middellangetermijnverkenning worden gepubliceerd waarin het regeerakkoord is verwerkt.
De huidige notitie is een update van de vorige middellangetermijnraming voor de zorguitgaven uit 2016 die de periode 2018-2021 besloeg. De huidige methode sluit aan bij die van de mlt zorg van 2016 en de data zijn uitgebreid en bevatten nu meer detail doordat het CBS voor deze mlt-zorg maatwerk heeft geleverd.
Het doel is om met realistische veronderstellingen een raming van de zorguitgaven bij ongewijzigd beleid te maken. De raming geeft dus niet taakstellend aan wat er mag worden uitgegeven, maar geeft aan wat de verwachte zorguitgaven zijn als het beleid doorloopt zonder nieuwe aanpassingen. De verwachte zorguitgaven zijn daarbij afhankelijk van de extra behoefte aan en de vraag naar zorg, voor zover het zorgaanbod dit mogelijk maakt.
Authors
NiGEM is een internationaal macro-economisch model dat veelvuldig wordt gebruikt voor economische prognoses en simulatieanalyses. Het model is ontwikkeld en wordt onderhouden door het Britse instituut NIESR. NiGEM wordt vier maal per jaar geüpdatet door NIESR en is peer-reviewed. Het model is op hoofdlijnen voor iedereen beschikbaar, tegen betaling is het volledige model toegankelijk. Enkele andere gebruikers zijn de OESO en de ECB.
Het NiGEM-model biedt zowel het cijfermatige startpunt als het modelmatige analysekader voor de raming van de internationale economie door het CPB. Ook wordt het model ingezet voor de doorrekening van onzekerheidsvarianten. Het achtergronddocument gaat in op zowel de toepassing van het NiGEM-model bij ramingen als de economische effecten van vier impulsen: een hogere olieprijs, een appreciatie van de euro, een renteschok en een wereldwijde toename van consumptie.
Authors
De groei van de werkgelegenheid in de marktsector staat onder druk door de afnemende groei van het arbeidsaanbod en de sterke vraag naar personeel in de zorgsector. Bij realistische veronderstellingen voor de raming van de collectieve zorguitgaven neemt de werkgelegenheid in de zorg in 2022-2025 toe met 2,1% per jaar.
Kerngegevenstabel MLT, november 2019
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | |
Relevant wereldhandelsvolume goederen en diensten (%) | 1,7 | 4,5 | 2,4 | 2,9 |
Concurrentenprijs (goederen en diensten, exclusief grond- en brandstoffen (%) | 1,2 | 0,9 | 0,7 | 0,7 |
Olieprijs (dollars per vat, niveau in eindjaar) | 107,8 | 54,3 | 55,3 | 58,4 |
Eurokoers (dollar per euro, niveau in eindjaar) | 1,33 | 1,13 | 1,14 | 1,23 |
Lange rente Nederland (niveau in eindjaar in %) | 2,0 | 0,5 | -0,3 | 0,1 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | |
Bruto binnenlands product (bbp, economische groei, %) | -0,4 | 2,1 | 1,8 | 1,1 |
Consumptie huishoudens (%) | -0,8 | 1,4 | 1,8 | 1,2 |
Consumptie overheid (%) | 0,8 | 0,7 | 2,2 | 1,5 |
Investeringen (inclusief voorraden, %) | -3,7 | 5,5 | 2,6 | 1,0 |
Uitvoer van goederen en diensten (%) | 2,2 | 5,0 | 2,6 | 2,7 |
Invoer van goederen en diensten (%) | 1,7 | 5,3 | 3,0 | 3,0 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | ||
Prijs bruto binnenlands product (%) | 0,8 | 0,7 | 2,0 | 1,5 | |
Uitvoerprijs goederen en diensten (exclusief energie, %) | 0,8 | 0,2 | 0,9 | 0,9 | |
Prijs goedereninvoer (%) | 1,4 | -2,2 | 0,3 | 0,5 | |
Inflatie (geharmoniseerde consumentenprijsindex, hicp, %) | 2,0 | 0,5 | 1,7 | 1,5 | |
Loonvoet bedrijven (per uur, %) | 1,9 | 0,6 | 2,7 | 2,3 | |
Cao-loon bedrijven (%) | 1,6 | 1,3 | 2,3 | 1,9 | |
Koopkracht, statisch, mediaan, alle huishoudens (%) | -0,7 | 1,3 | 1,1 | 0,0 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | |
Beroepsbevolking (%) | 0,5 | 0,3 | 1,0 | 0,3 |
Werkzame beroepsbevolking (%) | -0,2 | 0,9 | 1,3 | 0,2 |
Werkloze beroepsbevolking (in duizend personen, niveau in eindjaar) | 647 | 438 | 345 | 405 |
Werkloze beroepsbevolking (niveau in eindjaar in % beroepsbevolking) | 7,3 | 4,9 | 3,7 | 4,3 |
Werkgelegenheid (in uren, %) | -0,6 | 1,5 | 1,4 | 0,2 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | |
Arbeidsinkomensquote bedrijven (niveau in eindjaar in %) (a) | 74,1 | 73,3 | 75,0 | 75,0 |
Arbeidsproductiviteit bedrijven (per uur, %) | 0,4 | 0,6 | 0,6 | 1,0 |
Individuele spaarquote (niveau in eindjaar in % beschikbaar inkomen)(b) | 1,7 | 3,0 | 3,8 | 2,6 |
Saldo lopende rekening (niveau in eindjaar in % bbp) | 10,1 | 10,8 | 8,5 | 8,3 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | |
EMU-saldo (niveau in eindjaar in % bbp) | -2,9 | 1,3 | -0,4 | -0,3 |
EMU-schuld (ultimo eindjaar in % bbp) | 67,7 | 56,9 | 46,9 | 43,9 |
Collectieve lasten (niveau in eindjaar in % bbp) | 36,1 | 38,6 | 38,3 | 38,5 |
Bruto collectieve uitgaven (niveau in eindjaar in % bbp) | 46,6 | 42,9 | 43,2 | 42,8 |
Aanvullende kerngegevens
2009/2013 | 2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | |
Bruto investeringen bedrijvensector (exclusief woningen %) | -0,9 | 3,5 | 3,4 | 1,0 |
Investeringen bedrijven in woningen (%) | -12,0 | 14,9 | 3,8 | 1,2 |
Uitvoer van binnenslands geproduceerde goederen (exclusief energie, %) | 1,7 | 4,5 | 1,5 | 2,5 |
Wederuitvoer goederen (exclusief energie, %) | 1,2 | 6,4 | 3,9 | 3,5 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | ||
Nationale consumenten prijsindex (cpi, %) | 2,0 | 0,8 | 1,8 | 1,6 | |
Afgeleide nationale consumentenprijsindex (cpi, %) | 1,5 | 0,7 | 1,5 | 1,6 | |
Loonvoet sector overheid (%) | 2,3 | 1,9 | 2,9 | 2,1 | |
Prijs overheidsconsumptie, beloning werknemers (%) | 0,9 | 1,3 | 2,8 | 1,9 | |
Prijs materiële overheidsconsumptie (imoc, %) (a) | 1,0 | 0,3 | 1,7 | 1,5 | |
Prijs intermediair verbruik (%) | 1,7 | 0,8 | 2,4 | 1,8 | |
Prijs bruto overheidsinvesteringen (iboi, %) | 1,5 | 0,3 | 1,8 | 1,3 | |
Prijs nationale bestedingen (%) | 1,1 | 0,6 | 2,1 | 1,5 | |
Prijs toegevoegde waarde bedrijven (%) | 0,6 | 0,5 | 1,8 | 1,5 | |
Cao-loon marktsector (%) | 1,5 | 1,3 | 2,3 | 1,9 |
2009/2013 | 2014/2017 | 2018/2021 | 2022/2025 | |
Bruto binnenlands product (bbp, in miljarden euro's) | 660,5 | 738,1 | 860,2 | 955,8 |
Bevolking (in duizenden personen) | 16780 | 17079 | 17460 | 17730 |
Beroepsbevolking (in duizenden personen) | 8913 | 9017 | 9395 | 9520 |
Werkloze beroepsbevolking, nationale definitie (in duizenden personen) | 708 | 471 | 380 | 440 |
Werkloze beroepsbevolking, nationale definitie (in % beroepsbevolking) | 8,9 | 5,9 | 4,6 | 5,2 |
Bruto modaal inkomen (euro) | 32500 | 34000 | 37500 | 40500 |
EMU-saldo structureel (EC-methode, % bbp) | -0,9 | 0,5 | -0,7 | -0,1 |
(a) Onlangs heeft er een review plaatsgevonden van de berekening van de IMOC, waarop het CBS, in overleg met andere betrokkenen, de berekening van de IMOC op een aantal punten conceptueel heeft gewijzigd. Deze wijzingen zijn doorgevoerd in de hier gepubliceerde IMOC. Op de website van het CBS staat meer informatie over de IMOC-aanpassing.