Kerngegevenstabel 2012-2015 voor de concept-MEV 2015
Geactualiseerde CPB-raming 2014-2015
De politieke spanningen rond Oekraïne en in het Midden-Oosten vormen in toenemende mate een risico voor de wereldhandel en daarmee ook voor de Nederlandse economie. Bij deze raming is ervan uitgegaan dat het conflict rond Oekraïne niet verder escaleert. Bij een verdere escalatie van dit conflict zou de Nederlandse bbp-groei in 2015 een ¼% tot ½% lager kunnen uitkomen (zie voor een indicatie van de overige eerstejaarseffecten bij een groei die ½% lager ligt, de eerste kolom in het kader op blz. 10 van het Centraal Economisch Plan 2014, CEP).
De Nederlandse economie ontwikkelt zich in deze tussenraming zoals verwacht in de raming van afgelopen juni. De verwachtingen voor de wereldhandel zijn iets minder gunstig onder invloed van tegenvallende realisaties en de gevolgen van de politieke spanningen rond Oekraïne en Rusland. De verwachtingen voor de bbp-groei zijn per saldo ongewijzigd, omdat de revisie van de Nationale rekeningen een klein opwaarts effect heeft op de groei. De werkgelegenheid zal dit jaar nog dalen met ½% en volgend jaar stijgen met ½%. De werkloosheid stijgt dit jaar nog licht tot gemiddeld 620.000 personen en zal volgend jaar enigszins dalen naar 605.000. De werkloosheid ligt daarmee op een lager niveau dan voorzien bij de juniraming, vooral als gevolg van een sterker dalend arbeidsaanbod in 2014. De inflatie blijft laag en de groei van de lonen is gematigd. De mediane koopkracht stijgt, vooral door beleid, met 1½% in 2014 en blijft volgend jaar gelijk.
Het overheidstekort loopt op van 2,3% bbp vorig jaar naar 2,7% bbp dit jaar. Dit komt enerzijds door het wegvallen van enkele bijzondere factoren, met name de telecomveiling in 2013, en anderzijds door lagere aardgasbaten. Volgend jaar daalt het tekort naar 2,1% bbp. De revisie van de Nationale rekeningen leidt tot een neerwaartse herziening van de overheidsschuld en de collectieve lasten en uitgaven in de ramingsperiode. De revisie heeft per saldo een beperkt dempend effect op het overheidstekort. Het tekort is verder marginaal neerwaarts herzien door lagere socialezekerheidsuitgaven, deels veroorzaakt door lagere werkloosheid, en door belastingverhogingen ter compensatie van de lagere zorgpremies.
Het CPB geeft geen verdere toelichting op deze tussenraming. Op Prinsjesdag (16 september) publiceert het CPB de Macro Economische Verkenning 2015 waarin de raming wordt toegelicht en een gedetailleerde analyse wordt gegeven van de Nederlandse economische situatie.
Lees het bijbehorende persbericht.
Kerngegevenstabel 2012-2015, cMEV 2015 (14-8-2014)
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Relevante wereldhandel (%) | 0,7 | 1,7 | 2 1/2 | 4 1/2 |
Concurrentenprijs (%) | 4,1 | -2,1 | -1 | 1 |
Olieprijs (Brent, niveau in dollars per vat) | 111,7 | 108,7 | 108 | 107 |
Eurokoers (dollar per euro) | 1,28 | 1,33 | 1,36 | 1,35 |
Lange rente Nederland (niveau in %) | 1,9 | 2,0 | 1,7 | 1,8 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Bruto binnenlands product (bbp, economische groei, %) | -1,7 | -0,7 | 3/4 | 1 1/4 |
Consumptie huishoudens (%) | -1,4 | -1,6 | 0 | 1 |
Consumptie overheid (%) | -1,6 | -0,2 | -3/4 | -1/4 |
Investeringen (inclusief voorraden, %) | -5,8 | -4,9 | 2 3/4 | 3 |
Uitvoer van goederen en diensten (%) | 3,2 | 2,0 | 3 1/4 | 3 3/4 |
Invoer van goederen en diensten (%) | 2,8 | 0,8 | 3 | 3 3/4 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Prijs bruto binnenlands product (%) | 1,3 | 1,0 | 1/2 | 1 1/4 |
Uitvoerprijs binnenslands geproduceerde goederen (exlusief energie, %) | 1,8 | -0,2 | -3/4 | 3/4 |
Prijs goedereninvoer (%) | 3,4 | -1,5 | -1 3/4 | 3/4 |
Inflatie (nationale consumentenprijsindex, CPI, %) | 2,5 | 2,5 | 1 | 1 1/4 |
Contractloon marktsector (%) | 1,6 | 1,2 | 1 1/4 | 1 1/2 |
Koopkracht, statisch, mediaan, alle huishoudens (%) | -2,1 | -1,4 | 1 1/2 | 0 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Beroepsbevolking (%) | 1,5 | 0,8 | -1/2 | 1/4 |
Werkzame beroepsbevolking (%) | 0,6 | -0,7 | -3/4 | 1/2 |
Werkloze beroepsbevolking (in duizend personen) | 469 | 600 | 620 | 605 |
Werkloze beroepsbevolking (niveau in % beroepsbevolking) | 5,3 | 6,7 | 7 | 6 3/4 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Productie (%) | -1,9 | -0,9 | 1 1/2 | 1 1/2 |
Arbeidsproductiviteit (per arbeidsjaar, %) | -1,3 | 0,6 | 2 | 1 |
Werkgelegenheid (in arbeidsjaren, %) | -0,6 | -1,5 | -1/2 | 1/2 |
Loonvoet (%) | 2,3 | 2,6 | 3 | 1 |
Arbeidsinkomensquote (niveau in %) | 79,5 | 81,4 | 81 3/4 | 81 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Individuele spaarquote (niveau in % beschikbaar inkomen) | 0,0 | 0,6 | 2 1/4 | 2 |
Saldo lopende rekening (niveau in % bbp) | 8,8 | 8,5 | 8 1/2 | 8 3/4 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
EMU-saldo (% bbp) | -4,0 | -2,3 | -2,7 | -2,1 |
EMU-schuld (ultimo jaar, % bbp) | 66,5 | 68,6 | 69,9 | 70,3 |
Collectieve lasten (% bbp) | 36,3 | 37,2 | 38,1 | 37,7 |
Aanvullende kerngegevens 2012-2015
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Bruto investeringen bedrijvensector (exclusief woningen %) | -4,9 | -2,5 | 2 1/2 | 5 |
Investeringen bedrijven in woningen (%) | -8,1 | -9,2 | 3 | 3 |
Uitvoer van binnenslands gepoduceerde goederen (exclusief energie, %) | 1,7 | 0,5 | 5 1/2 | 4 1/4 |
Wederuitvoer goederen (exclusief energie, %) | 2,0 | 1,5 | 4 3/4 | 4 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Geharmoniseeerde consumenten- prijsindex (HICP, %) | 2,8 | 2,6 | 1/2 | 1 |
Afgeleide inflatie (CPI, %) | 2,1 | 1,3 | 3/4 | 1 |
Loonvoet sector overheid (%) | 3,0 | 0,6 | 2 | 1 1/2 |
Prijs overheidsconsumptie, beloning werknemers (%) | 1,9 | -0,1 | 1 3/4 | 1 1/4 |
Prijs overheidsconsumptie, netto materieel (IMOC, %) | 1,6 | 0,7 | 1 1/4 | 1 |
Prijs intermediair verbruik (%) | 1,7 | 0,9 | 1/2 | 2 |
Prijs bruto overheids- investeringen (IBOI, %) | 0,6 | 0,4 | 1 | 1 |
Prijs nationale bestedingen (%) | 1,5 | 0,9 | 1 | 1 |
Prijs toegevoegde waarde marktsector (%) | 1,6 | 0,0 | 1/4 | 1/2 |
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
---|---|---|---|---|
Bruto binnenlands product (bbp, in miljarden euro's) | 640,6 | 642,8 | 650 | 666 |
Bevolking (in duizenden personen) | 16755 | 16804 | 16855 | 16905 |
Beroepsbevolking (in duizenden personen) | 8878 | 8946 | 8890 | 8920 |
Werkloze beroepsbevolking nationale definitie (in duizenden personen) | 507 | 656 | 665 | 660 |
Werkloze beroepsbevolking nationale definitie (niveau in % beroepsbevolking) | 6,4 | 8,3 | 8 1/2 | 8 1/4 |
Bruto modaal inkomen (euro) | 33000 | 34500 | 35000 | 35500 |
In de cijfers is de CBS-revisie Nationale Rekeningen 2014 verwerkt.
Zowel de loonvoet marktsector, de arbeidsinkomensquote, als de individuele spaarquote is in 2014 en 2015 opwaarts vertekend vanwege de maatregel waarin het gebruik van stamrecht-bv's wordt beperkt. Ontslagvergoedingen worden direct aan de betrokkenen uitbetaald, in plaats van dat deze in een bv worden ondergebracht. Ontslagvergoedingen worden sinds de revisie geboekt als sociale lasten van werkgevers. De maatregel betekent een eenmalige boekhoudkundige stijging van de sociale lasten in 2014, wat een opwaarts effect heeft op de loonvoetontwikkeling in de marktsector van ruim 0,5%-punt.