Internationale handel, economische groei en duurzaamheid
Behorend bij:
De Nederlandse economie is een open economie. Die openheid komt op diverse manieren tot uitdrukking. Zo zijn er weinig landen die, zowel in absolute als in relatieve zin, zoveel importeren en exporteren als Nederland. Ook investeren Nederlandse bedrijven op grote schaal in derde landen, en omgekeerd. Maar er is meer. Nederland is een, verhoudingsgewijs, grote producent van internationaal bruikbare kennis; er is al eeuwenlang sprake van aanzienlijke migratiestromen; veel Nederlanders brengen hun vakantie in verre landen door; en ook de rol van Nederland als relatief grote donor van ontwikkelingsgeld is in dit verband relevant.
Een vrij verkeer van goederen, diensten en ideeën ligt aan de basis van de Nederlandse welvaart. Tegelijkertijd geldt dat met die uitwisseling ook de welvaart elders wordt beïnvloed; welvaart in de brede betekenis van het woord, dus inclusief de aspecten van welvaart die gewoonlijk met ‘duurzaamheid’ worden aangeduid. Dit hoofdstuk is gewijd aan de duurzaamheidsgevolgen van misschien wel het belangrijkste onderdeel van die openheid: namelijk aan de duurzaamheidsgevolgen van de internationale goederenstromen. Die gevolgen staan, nationaal en internationaal, regelmatig ter discussie. In het Nederlandse debat wijst men onder andere op het grote beslag dat ons land door de invoer van goederen legt op de natuurlijke hulpbronnen in de exportlanden, bijvoorbeeld op fossiele energie en andere uitputbare grondstoffen (zie bijv. CBS et al. 2009, p.61 e.v.). Ook het relatief grote ruimtebeslag van Nederland buiten de eigen landsgrenzen, met zijn negatieve gevolgen voor de mondiale biodiversiteit, en de gevolgen van de productie voor export voor het lokale milieu in de landen die naar Nederland exporteren, zijn in dit debat terugkerende onderwerpen. Het Milieu- en Natuurplanbureau (2007, p.17) schat de ruimte die elders in de wereld in gebruik is voor de Nederlandse consumptie op zo’n 4 keer het landoppervlak van Nederland. Een kwantificering van de milieudruk in de vorm van de zogeheten ‘ecologische voetafdruk’ levert een beeld op van een Nederlandse leefstijl die op de lange termijn mondiaal niet houdbaar is: de wereld is eenvoudigweg te klein om alle wereldburgers zo’n leefstijl te kunnen geven (Ewing et al, 2009).