De relatie tussen evaluaties van leraren en leerlingprestaties: evidentie op basis van lesobservaties
Lees ook: CPB Achtergronddocument 'Evaluatie pilot investeren in kwaliteit leraren'.
De evaluaties zijn gebaseerd op een gedetailleerd scoresysteem waarin leraren door getrainde observanten tijdens lessen gescoord worden op het wel of niet laten zien van 75 gedragsaspecten. Deze gedragsaspecten geven uiting aan organisatorische, didactische en pedagogische competenties die gerelateerd zijn aan opbrengstgericht lesgeven. De analyses laten zien dat de evaluatiescores van leraren significant voorspellend zijn voor de vooruitgang in leerlingprestaties van de leerlingen in hun klas. De gemiddelde voorspelde vooruitgang in toetsscores bij rekenen en spelling is 0,4 standaarddeviatie als een leerling is toegewezen aan een leraar uit het bovenste kwartiel van de gemeten vaardigheidsverdeling in plaats van een leraar uit het onderste kwartiel. Dit betekent dat een basisschoolleerling die twee jaar op rij een zwakke leraar krijgt toegewezen in plaats van een goede leraar, hierdoor een heel niveau lager terecht kan komen in het vervolgonderwijs, dus van bijvoorbeeld in potentie vwo-niveau naar havo-niveau. De resultaten suggereren dat met het evaluatie-instrument gedragsaspecten van leraren gemeten worden die ertoe doen voor leerlingprestaties. De resultaten laten zien dat het evaluatie-instrument potentie heeft om gebruikt te worden voor voor ontwikkelings- en personeelsbeleid.