De indrukwekkende erfenis van Geert Groote baande het pad naar de Gouden Eeuw
Het programma en de dataset kunnen hieronder worden gedownload (bijlage, indien nodig hernoemen naar .zip).
Veel minder bekend is dat zijn investeringen, en die van zijn volgelingen, Nederland een flinke zet in de rug hebben gegeven op het pad naar de Gouden Eeuw en om onder het juk van de Spaanse bezetter uit te komen. In deze studie beschrijven we het mechanisme waardoor de invloed van Groote zo indrukwekkend was. Tevens presenteren wij econometrische schattingen die wijzen op een langdurige en bijzondere nalatenschap van de gemeenschappen van Broeders (en ook Zusters) des Gemeenen Levens (BGL) die door Groote zijn geïnitieerd.
Vanuit een economische invalshoek zijn de investeringen die door Geert Groote in gang zijn gezet om drie redenen interessant. Ten eerste, is de geletterdheid in de steden waar een BGL-gemeenschap is gesticht rond 1600 significant hoger dan in andere steden in Nederland. Ook werd het onderwijs geïnstitutionaliseerd. Het systeem van acht klassen en het onderwijzen van taal en rekenen is door de BGL in Europa geïntroduceerd. Uit onze analyse met historische data blijkt dat dit een causaal verband is en dus niet het gevolg van het stichten van gemeenschappen in steden waar al meer mensen konden lezen of schrijven of waar al meer scholen waren. Ook werden in deze steden meer boeken geproduceerd in de periode 1470-1500. In een verdere analyse laten we zien dat deze effecten niet het gevolg zijn van een grote lokale vraag naar onderwijs, de welvarendheid van een stad of handel via de Hanzeroutes. De BGL kon ontstaan en groeien, doordat de beweging binnen de katholieke kerk opereerde. Er zijn in deze laat middeleeuwse periode meerdere mensen die in opstand komen tegen het morele verval in de kerk. Zij stappen uit de kerk en moeten dit vaak met excommunicatie of zelfs de dood bekopen. Maarten Luther is het bekendste voorbeeld. De publicatie van zijn stellingen tegen de handel in aflaten in 1517 markeert het begin van de reformatie. Dit wekt de woede van paus Leo X die hem in 1521 uit de kerk verbant. Ten tweede vinden we dat de bevolking in steden waarin de BGL aanwezig was sneller groeide dan in andere steden in de periode 1400-1560. We houden hierbij rekening met het bevolkingsaantal in 1400. Stedelijke groei is een goede en veelgebruikte maat voor economische groei in deze periode. In de Middeleeuwen groeide het bevolkingsaantal als de steden rijker en welvarender werden. Wanneer we naar de groei van de steden voor 1400 kijken, vinden we geen verschillen in bevolkingsgroei. Het lijkt er dus sterk op dat de aanwezigheid van de BGL heeft geleid tot meer economische voorspoed. Deze economische voorspoed werd gedreven door de investeringen in wat we in de moderne economische literatuur menselijk kapitaal noemen. Veel studies wijzen op het belang van menselijk kapitaal om economische groei te bevorderen. Onze schattingen bevestigen dat dit ook al opgeld deed in de Middeleeuwen. Ten slotte zijn geletterde mensen kritische burgers. Erasmus schrijft in een van zijn brieven dat er nergens in Europa zoveel geschoolde burgers zijn als in Nederland. Ook Vicente Alvarez (een gezant van prins Filips II) schreef in zijn aantekeningen tijdens een bezoek aan Nederland dat hij onder de indruk is van de geletterdheid van de bevolking. Het huis van Habsburg, dat met harde hand in Nederland regeert in de 16e eeuw, is niet gerust op de situatie in Nederland. Toen in 1566 de Beeldenstorm door Nederland raasde, werd duidelijk zichtbaar dat de bevolking het juk van de onderdrukkers zat was. Vooral in de noordelijke helft van Nederland krijgt de Beeldenstorm een structureel karakter. In reactie hierop sturen de Spanjaarden generaal Alva die in verschillende steden een Raad van Beroerten opricht. Dit gebeurt vooral in de steden waar de BGL aanwezig was. Ook het instellen van extra belastingen in het welvarende Nederland (de Tiende Penning) om het Rijk in stand te houden, zet kwaad bloed bij de bevolking. Uiteindelijk resulteert de onrust in de Opstand van 1572, die het begin markeert van de Republiek en een periode van ongekende weelde in de Gouden Eeuw. Het startschot wordt gegeven door de geuzen die Den Briel innemen, maar allengs komen vanuit Duitsland Willem van Oranje en zijn troepen om Nederland te bevrijden. Wat opvalt, is dat steden waarin de BGL gemeenschappen had gesticht significant vaker en eerder deelnamen aan de opstand. Vanuit een economische invalshoek is dat te begrijpen, omdat de repressie en de hoge belastingen een grotere last zijn voor hoger opgeleide mensen.
Het programma en de dataset die tot deze conclusies leiden kunnen hieronder worden gedownload (bijlage, indien nodig hernoemen naar .zip).