Lagere eurokoers en olieprijs bevorderen herstel
Dit concludeert het Centraal Planbureau in de vandaag verschenen decemberraming voor de jaren 2014 en 2015.
Ga direct naar de cijfers.
De euro is in de afgelopen maanden 7% minder waard geworden ten opzichte van de dollar. Daarbij zijn de olieprijzen 30% gedaald. Beide ontwikkelingen zijn gunstig voor de Nederlandse economie. De uitvoer profiteert van de verbetering van de concurrentiepositie en de consumptie neemt toe, mede door de lagere energieprijzen.
De economische groei stimuleert de werkgelegenheid bij bedrijven. Daar staat tegenover dat de werkgelegenheid bij de overheid en in de zorg nog afneemt in 2015, terwijl de beroepsbevolking toeneemt. Per saldo resulteert een lichte daling van de werkloosheid van 6¾% in 2014 naar 6½% volgend jaar.
De inflatie blijft laag, mede onder invloed van de dalende olieprijzen. Zowel dit jaar als volgend jaar komt de inflatie uit op 1%. Er is de laatste maanden veel publieke discussie geweest over de gevolgen van lage inflatie, of deflatie. Het deflatierisico kan niet worden los gezien van de lage economische groei, maar heeft als extra effect dat de schuldenproblematiek bij huishoudens en bij de overheid wordt vergroot. Aan de andere kant is lage inflatie voordelig voor huishoudens met vermogen en voor de koopkracht van alle huishoudens. Het EMU-tekort komt in 2014 uit op 2,8%, rekening houdend met de EU-naheffing over het jaar 2014 van 0,2%. In 2015 verbetert het EMU-tekort naar 1,8%. Factoren met een positief effect hierop zijn de hogere economische groei, de lagere werkloosheid en voortgaande bezuinigingen (ten opzichte van de geplande uitgaven) op met name de zorguitgaven. Hier staan lagere aardgasbaten tegenover. Het structurele EMU-saldo wordt geschat op -0,5% bbp in 2014 en in 2015 en is daarmee gelijk aan de middellangetermijndoelstelling.